Hoofdletters (5-7-8-10)

hoofdletters 
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

hoofdletters 

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Na deze les: 
- Ken je alle regels over hoofdletters en heb je geoefend. 

Slide 2 - Tekstslide

Hoofdletters

Slide 3 - Tekstslide

aan het begin van een zin of citaat
Aan het begin van de zin of een citaat.

De docent stelde de klas een vraag. 
Hij zei: 'Hoe gaat het met jullie?' 

Slide 4 - Tekstslide

voor eigennamen van personen, straten en merken
Kees, Joke, Leentje, Dirk, Jilles, Marjolein,  
Kerkstraat, Dorpsstraat, Lange Akkers, Veldstraat, 
Mercedes, Adidas, Nike, Snickers, Playstation, Calvé, 

Slide 5 - Tekstslide

aardrijkskundigen namen en afleidingen
het Chinees, de Engelse les, 
Franse chansons, de Pyreneeën, 
de Alpen, het Wilhelminakanaal, 
Bladel, Reusel
een Amsterdams café, 
het IJsselmeer, de Eiffeltoren.


Slide 6 - Tekstslide

feestdagen
Kerstmis, Pasen, Hemelvaart, Suikerfeest
LET OP! Afleidingen hiervan moeten met een kleine letter! 
kerstbal, paashaas
  

Slide 7 - Tekstslide

's en 't 

Als een zin begint met 's of 't 
dan is de eerstvolgende letter een hoofdletter: 

't Komt allemaal wel goed! 
's Ochtends ben ik nooit zo vrolijk. 

Slide 8 - Tekstslide

getallen

Als een zin begint met een getal, 
dan volgt daarna géén hoofdletter. 

2024 was een roerig jaar. 
100 meter voor de finish zakte de marathonloper in elkaar. 

Slide 9 - Tekstslide

achternamen met een tussenvoegsel

Als de voornaam of voorletter ontbreekt, dan schrijf je het tussenvoegsel van de achternaam wel met een hoofdletter. 

Daar lopen mevrouw Van Heuvel en Jan van der Zanden.
H. ter Borg werkt samen met mevrouw H. van der Pak - de Biezen.
Spreek ik met De Bruin? 

Slide 10 - Tekstslide

zelf bedacht
Wie zelf namen bedenkt, mag zelf regels bepalen. 
Daarom zijn er uitzonderingen:

iPad, iTunes, dEus 

Slide 11 - Tekstslide

Huiswerk

Maak opdracht 5-7-8-10
blz 186-189

Klaar? Ga online de woordentrainer doen.
H3 > 3.5 woorden


Slide 12 - Tekstslide