Door de kruistochten stonden de kruisvaarders met heel het midden-oosten op slechte voet, ook het Byzantijnse rijk.
De kruisvaarders besloten eerst Constantinopel te belegeren (hoofdstad van het Christelijke Byzantijnse rijk)
Daar was namelijk veel rijkdom.
In 1204 viel Constantinopel, deze werd geplunderd en de kruisvaarders wilde niet meer door naar Jeruzalem.