Present Perfect - 3


The Present Perfect
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 3

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les


The Present Perfect

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke van de onderstaande zinnen staat in de Present Perfect?
A
I was in New York last year.
B
I have been to Amsterdam twice.
C
I would be going to Leeds.
D
I had played football all my life.

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De vormen van de Present Perfect
I / you / we / they = have (not) + voltooid deelwoord
I have not been to France for ten years.
We have just done our homework.
Have you gone on holiday yet?

he / she / it = has (not) + voltooid deelwoord
Billy has won a lot of money in the lottery.
Have you done your homework yet?
He has not visited his grandmother since he was ten.

Slide 3 - Tekstslide

Voltooid deelwoord:

Regelmatig: werkwoord + ed

Onregelmatig: 3e vorm
Vragen en ontkenningen
Have + I/you/we/they + voltooid deelwoord + rest vd zin?
Have you been here before?
Have Tom and Sanne kissed yet?

Has + he/she/it + voltooid deelwoord + rest vd zin?
Has he moved to another city?
Has Jesse ever cooked dinner?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen en ontkenningen
 I/you/we/they + have + not + voltooid deelwoord + rest vd zin.
You have not done your homework yet.
Tom and Sanne have not kissed before.

he/she/it + has + not + voltooid deelwoord + rest vd zin.
He has not moved to another city.
Jessy has not cooked dinner before.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer te gebruiken?
Wanneer iets eerder is begonnen en nu nog doorgaat. 
I have lived in Bristol since 1984
She has been to the cinema twice this week 
Om te praten over ervaringen
I have never been to France.
She has gone on holiday to Spain two times already.
Wanneer er for, yet, never, ever, just, already, since, lately in de zin staat.
Have you gone anywhere lately?
I have lived here for ten years now.

Slide 6 - Tekstslide

ezelsbrug = fyne jas
welk signaalwoord zit niet in fyne jas = lately {maar hoort er wel bij}
F staat voor = for
Y staat voor = yet
N staat voor = never
E staat voor = ever
J staat voor = just
A staat voor = already
S staat voor = since
Welke zin(nen) staan in de juiste vorm?
A
I has played football
B
I have played football
C
She has worked here
D
She have worked here

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

I (to live) her for ten years already.
A
I lived here for ten years already.
B
I have lived here for ten years already.
C
I has lived here for ten years already.

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

She (not to go) to the cinema since she was ten.
A
She hasn't gone to the cinema since she was ten.
B
She didn't go to the cinema since she was ten.
C
She not going to the cinema since she was ten.

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

My mother (to go) to the cinema twice.

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

She (never - to be) in France before.

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

(you - to do) your homework yet?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

We (not - to play) football since the accident.

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Exercise 1
Put the sentences in the positive form of the present perfect
(bevestigend)
Type the whole sentence

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1.1) He (to make) clothes for many famous people.

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.2) She (to model) for Vogue.

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.3) My parents (to be) in the music business since 1984.

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.4) Jimmy (to marry) three times.

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.5) My brothers (to make) two albums.

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.6) Roald Dahl (to write) a lot of books.

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.7) He (to work) for a lot of companies.

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.8) I (to live) here for many years.

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Exercise 2
Make questions using the present perfect
(vragend)
Type the whole sentence

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1.1) (He - to make) clothes for many famous people?

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.2) ( She - to model) for Vogue?

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.3) ( My parents - to be) in the music business since 1984?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.4) (Jimmy - to marry) three times?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.5) (My brothers - to make) two albums?

Slide 28 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.6) (Roald Dahl - to write) a lot of books.

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.7) (He - to work) for a lot of companies?

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.8) (I - to live) here for many years?

Slide 31 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Exercise 3
Put the sentences in the negative form of the present perfect
(ontkennend)
Type the whole sentence

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1.1) He (not - to make) clothes for many famous people.

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.2) She (not - to model) for Vogue.

Slide 34 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.3) My parents (not - to be) in the music business since 1984.

Slide 35 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.4) Jimmy (not - to marry) three times.

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.5) My brothers (not - to make) two albums.

Slide 37 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.6) Roald Dahl (not - to write) a lot of books.

Slide 38 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.7) He (not - to work) for a lot of companies.

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1.8) I (not - to live) here for many years.

Slide 40 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Exercise 4
Practice Irregular Verbs 1 - 47 with Jewels of Wisdom on the next page.

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Link

Deze slide heeft geen instructies