Talent lezen 5.3 2F week 23

Week 23 
B.E.S.T.A.V.
V = Voorlezen

timer
10:00
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Week 23 
B.E.S.T.A.V.
V = Voorlezen

timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

lezen 5.3


  • Signaalwoorden voor het redengevend tekstverband herkennen (1);
  • een samenvatting maken met kernzinnen (2).
IN DEZE PARAGRAAF LEER JE:

Slide 2 - Tekstslide

NIEUW

Slide 3 - Tekstslide

Redengevend tekstverband
Definitie
Wanneer een tekstverband een reden of argument aangeeft,
spreken we van een redengevend tekstverband

Signaalwoorden
want, omdat, daarom, immers, namelijk

Maak eens een zin met dit verband!?

Slide 4 - Tekstslide

Lijkt op uitleggend!
Definitie
Een uitleggend verband is een zins- of alineaverband dat een verklaring tussen zinnen of alinea's aanduidt. 

Signaalwoorden
namelijk, dat wil zeggen, zo, met andere woorden,
bijvoorbeeld, ter toelichting.

Maak eens een zin met dit verband!?

Slide 5 - Tekstslide

Hoe hou ik ze uit elkaar?
Leer de signaalwoorden bij uitleggend en redengevend tekstverband uit je hoofd, dan herken je meteen om welk verband het gaat!


Maken 5.3 opdr. 7,8,9,10 en 13


SAMENVATTEN HOOFDSTUK 5.3

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Samenvatten
  • Samenvatting = korte weergave van de tekst in eigen woorden.

  • Stap 1: bepaal het onderwerp en de hoofdgedachte van de tekst.
  • Stap 2: achterhaal per alinea wat er wordt gezegd over het onderwerp. Let hierbij op kernzinnen.
  • Stap 3: Maak er een logisch geheel van (verbind de losse zinnen).
  • Stap 4: controleer je samenvatting.

Slide 8 - Tekstslide

Controleren
Controleer je samenvatting. 

  • Staat de belangrijkste boodschap in de samenvatting?
  • Staan alle hoofdzaken in de samenvatting?
  • Heb je geen bijzaken opgenomen?
  • Heb je een logisch geheel van de samenvatting gemaakt?
  • Is de samenvatting volledig

Pas je samenvatting zo nodig aan.

Slide 9 - Tekstslide

Hoofdzaken
Hoe en waar vind je de hoofdzaken?

  • Vaak in de eerste, de tweede en/of de laatste zin van een alinea.
  • Daartussen staan vaak voorbeelden, toelichtingen of een verdere uitleg, dat zijn bijzaken.
    Denk aan een hamburger... 

Stel jezelf de volgende vragen:
  1. Heb ik deze zin nodig om de tekst/de alinea goed te begrijpen?
  2. Wat zegt deze zin over het (deel)onderwerp?
Hoofdzaken (structuur)
Hoofdzaken (structuur)
Bijzaken (vulling)

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Tekstslide

5.5 Woorden 
- Maken woensdag (dinsdag zijn jullie vrij)
- Maandag 10 juni hebben jullie 5.3 af en 5.5 opdr. 2.3.4.5.8.9 en 11. 
- Schrijf het in je agenda!!

Slide 13 - Tekstslide

Lesdoel 5.5
- Woorden en hun betekenis van 5.5 kennen.
- Spreekwoorden en uitdrukkingen kennen.  

Slide 14 - Tekstslide