vmbo rondleiding
1 / 16
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Wat is een verdachte?
A
Een Boef
B
Een gedetineerde
C
Iemand die een strafbaar feit pleegt.
D
Een winkeldief.
Slide 9 - Quizvraag
Wanneer mag je een handboeien gebruiken?
A
Voor transport
B
Voor een vervelend broertje of zusje.
C
Voor iemand die agressief is.
D
Voor verdedeging.
Slide 10 - Quizvraag
Wat is het sterkste wapen die je mee hebt?
A
Verbale communicatie
B
Wapenstok
C
Vuurwapen
D
Taser
Slide 11 - Quizvraag
Wat is je minst ingrijpende middel?
A
Wapenstok
B
Hond
C
Peperspray
D
Vuurwapen
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
Waar mee moet je altijd beginnen als je een gesprek start?
Slide 14 - Open vraag
Hoe noem je deze
schoenen?
schoenen?
A
Laarzen
B
Schoenen
C
Klompen
D
Kisten
