H5 par. 5.4.2. Machtige koningen

Memo hm 2
H5 De tijd van regenten en vorsten
De Gouden Eeuw
par. 5.4.2. Machtige koningen
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Memo hm 2
H5 De tijd van regenten en vorsten
De Gouden Eeuw
par. 5.4.2. Machtige koningen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
4) Ik kan uitleggen op welke twee manieren Lodewijk XIV meer macht probeerde te krijgen.
5) Ik kan beschrijven op welke twee manieren Lodewijk XIV de macht van de adel probeerde te verkleinen.
6) Ik kan aan de hand van een voorbeeld uitleggen hoe andere Europese koningen het voorbeeld van Lodewijk XIV volgden.
7) Ik kan uitleggen dat de Republiek op het gebied van bestuur anders was dan de meeste Europese landen in de 17e eeuw.
8) Ik kan uitleggen dat de Republiek op het gebied van geloof anders was dan de meeste Europese landen in de 17e eeuw.
Ken je de begrippen en jaartallen uit deze paragraaf.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Absolute macht
Lodewijk XIV van Frankrijk
  • Regeerde van 1643 tot 1715 (!).
  • Eerste koning met absolute macht.
  • Kleine groep van ministers (gaven alleen advies, namen geen besluiten).
  • Stond bekend als de Zonnekoning, omdat hij het middelpunt van de macht was ('alles draaide om hem').  
  • Hield de adel aan zijn hof in Versailles bezig met regels en klusjes.

Slide 4 - Tekstslide

Absolute macht
Lodewijk XIV vergrootte zijn macht op twee manieren:

  • Het goddelijk recht ('droit divine'). Koning had macht van God gekregen. Besluiten van de koning waren besluiten van God. 

  • Nam maatregelen om de macht van de adel te verkleinen.


Slide 5 - Tekstslide

Absolute macht
Maatregelen tegen de adel:

  • Benoemde ambtenaren die hielpen bij bestuur. Trouwer dan adel. Minder afhankelijk van edelen voor bestuur.

  • Richtte ook een leger op van goed getrainde en bewapende soldaten. Minder afhankelijk van edelen voor leger.

Slide 6 - Tekstslide

Verschillen tussen Republiek en meeste Europese landen in de 17e eeuw
Bestuur:
  • Rijke burgers (regenten) aan de macht, geen koning/ keizer.
  • Geen centraal bestuur. De zeven gewesten beslisten over hun eigen wetten, rechtspraak en belastingen.
Religie: 
  • Tolerantie = verschillende ideeën en meningen waren toegestaan. 
    Niet alle godsdiensten waren gelijk. 
    Calvinisten hadden meer rechten.

Slide 7 - Tekstslide

Wat hoort niet bij Lodewijk XIV?
A
Paleis van Versailles
B
liet zich adviseren door de adel
C
Zonnekoning
D
regeerde 72 jaar

Slide 8 - Quizvraag

Door ambtenaren aan te stellen en gebruik te maken van huurlegers werd Lodewijk XIV minder afhankelijk van de adel.
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quizvraag

Op welke manier probeerde Lodewijk XIV zijn macht te vergroten?
A
aanstellen van ambtenaren
B
goddelijk recht
C
richtte eigen leger op
D
alle antwoorden zijn juist

Slide 10 - Quizvraag

Leerdoelen
4) Ik kan uitleggen op welke twee manieren Lodewijk XIV meer macht probeerde te krijgen.
5) Ik kan beschrijven op welke twee manieren Lodewijk XIV de macht van de adel probeerde te verkleinen.
6) Ik kan aan de hand van een voorbeeld uitleggen hoe andere Europese koningen het voorbeeld van Lodewijk XIV volgden.
7) Ik kan uitleggen dat de Republiek op het gebied van bestuur anders was dan de meeste Europese landen in de 17e eeuw.
8) Ik kan uitleggen dat de Republiek op het gebied van geloof anders was dan de meeste Europese landen in de 17e eeuw.
Ken je de begrippen en jaartallen uit deze paragraaf.

Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag
Wat? Zie whiteboard.
Hoe? Alleen 
Hulp? Bij je buurman/buurvrouw. Kom je er samen niet uit? Dan bij je docent. 
Tijd? Tot het einde van de les. 
Klaar? Leer begrippen en jaartallen. Vraag docent. 

Slide 12 - Tekstslide