Vergunningen

Vergunningen
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
BeveiligingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Vergunningen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Openbaar vervoer
Het leeuwendeel van het (bus)vervoer is openbaar vervoer (75% - 80%).

  • Voorbeelden: Streek- of stadsvervoer, buurt- of belbus etc.
  • Vervoer volgens een dienstregeling met vastgestelde haltes en routes en dat door  
      iedereen is te gebruiken. (tegen vergoeding)
  • Trein, tram, metro, veerpont, bus en trolleybus, zijn vormen (modaliteiten) van openbaar vervoer.
  • Een autobus gebruikt in het openbaar (stads)vervoer heeft ook staanplaatsen.
  • Concessie, het recht om op 1 of meerdere lijnen openbaar vervoer tegen 
      een bepaalde vergoeding te verzorgen.

De concessie houder is de vervoerder. 
De concessie verlener is een regio / gemeente / provincie.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Concessie
Een concessie is een vergunning   (het alleenrecht)  om openbaar vervoer te verrichten in een bepaald gebied.

Een concessie wordt voor een bepaalde periode verleend ( meestal 5 jaar), er kunnen secondaire voorwaarden aan zijn verbonden, bijvoorbeeld het verrichten van openbaar vervoer op minder rendabele lijnen of met milieu vriendelijke voertuigen.

Een concessie is na een periode betwistbaar.

Concessie enkel bij binnenlands openbaar vervoer.





Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vergunning
Een bus ondernemer moet in het bezit zijn van een communautaire vergunning.
Er wordt geld verdiend met het vervoer van passagiers.

In het voertuig moet aanwezig zijn een gewaarmerkte kopie 
van de communautaire vergunning. (niet plastificeren o.i.d.)

Communautair = community = Europa = Euro
De vergunning is dus geldig voor de Europese gemeenschap.
De vergunning binnenlands vervoer bestaat niet meer!
Vergunning aanvragen bij de Kiwa. (register)

Wanneer geen communautaire vergunning .... 
enkel bij eigen vervoer voor de rest altijd!
KIWA
KIWA

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geldigheid
De Euro vergunning is maximaal 5 jaar geldig.

De Euro vergunning wordt aan de ondernemer verstrekt onder 3 voorwaarden.
  1. Vakbekwaamheid.
  2. Kredietwaardigheid.
  3. Betrouwbaarheid. 

Verliezen van vergunning door strafpunten in het ERRU register door: overtreding 
rij- rusttijden, manipulatie tachograaf, geen code 95 van de chauffeur.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Documenten.
Persoonlijke documenten:
Rijbewijs, met code 95, (buitenland ID kaart of paspoort)
Geneeskundige verklaring (medibuspas bestaat niet meer!)
Bestuurderskaart, eventuele print out.

Bij openbaar vervoer geen bestuurderskaart maar 
een dienstrooster.

Voertuig documenten:
Kentekenbewijs, (verzekeringsbewijs = groene 
kaart buiten de EU)
Airco logboek


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bestuurderskaart
Bij het Kiwa register vraagt u de bestuurderskaart aan.
Ook de andere kaarten zijn aan te vragen bij het Kiwa register 
(Bedrijfskaart, werkplaatskaart, controlekaart).

Is de kaart defect, verloren of gestolen? Binnen 7 dagen aangifte doen bij 
KIWA- register. Kaart defect? Dan de oude kaart inleveren.
Tijdens deze 7 dagen voert u alle rij en rusttijden in op de achterzijde van de print out.


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Data veilig stellen.
De bestuurderskaart slaat de data van 28 dagen op. ( 01-01-2025   56 dagen)

U als chauffeur moet er voor zorgen dat de data niet verloren gaat.
Dag 29 overschrijft dag 01.
Het niet veilig stellen van een dag kan een bekeuring opleveren van €1100 per dag.

De werkgever moet faciliteren dat u kunt kopiëren. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tachograaf
De tachograaf kent verschillende benamingen:
Tacho, registratieapparaat, controle apparaat.

In de tachograaf zit een opslaggeheugen wat voor de 90e 
dag moet worden uitgelezen met een downloadapparaat en een bedrijfskaart.

De gegevens van de tachograaf en bestuurderskaart kunnen ook worden uitgelezen door de controlerende instanties (ILT).

Een tacho is verzegeld tegen ongeoorloofd openen.
In een uitzonderlijk geval wanneer de controleur vermoedt dat er sprake is van 
tachograaf fraude, mag hij de verzegeling verbreken. 
De controleur zal zelf de verzegeling weer aanbrengen.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rijdt u in het buitenland en de tachograaf is defect dan:

1: U bent niet binnen 7 dagen terug op de standplaats dan moet u deze in het buitenland direct laten repareren.

2: U bent binnen 7 dagen terug dan mag u doorrijden en moet u de  rij en rusttijden invoeren op de achterzijde van de print out.
Bij terugkeer op de standplaats het voertuig direct laten repareren, u mag er geen nieuwe rit mee maken.
 
Tachograaf

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Installatieplaatje
Er schijnen vragen te worden gesteld over het installatieplaatje.

Mogelijke vragen.
Klopt het plaatje nog bij: andere bandenmaat, ander kenteken, of de datum is ouder dan 2 jaar.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe lang is een Euro vergunning geldig?
A
Maximaal 10 jaar.
B
Maximaal 5 jaar.
C
Maximaal 1 jaar.
D
Onbeperkt geldig.

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een concessie?
A
Een vergunning om taxivervoer te verrichten in een bepaald gebied.
B
Een vergunning om besloten busvervoer te verrichten in een bepaald gebied.
C
Een vergunning om openbaar busvervoer te verrichten in een bepaald gebied.

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een definitie van openbaar vervoer?
A
Vervoer volgens een dienstregeling met vastgestelde haltes en routes.
B
Regelmatig personenvervoer over een vastgesteld traject en tijdstip.
C
Vervoer van een vaste groep passagiers met vastgestelde routes en halteplaatsen.

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke vormen van openbaar vervoer zijn er?
A
Trein, auto, taxi, fiets.
B
Trein, tram, metro, veerpont, bus en trolleybus.
C
Taxi, vliegtuig, boot, fiets.
D
Auto, fiets, scooter, trein.

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Stelling 1: Voor de voertuig categorie C en D moet in het voertuig een aircologboek aanwezig zijn.
Stelling 2: De groene kaart moet altijd in het voertuig aanwezig zijn.
A
Stelling 1 en 2 zijn waar.
B
Stelling 1 en 2 zijn niet waar.
C
Stelling 1 is waar. Stelling 2 is niet waar.
D
Stelling 1 is niet waar. Stelling 2 is waar.

Slide 17 - Quizvraag

Aircologboek enkel verplicht voor D niet voor C.
Groene kaart enkel verplicht aanwezig buiten de EU.
Stelling 1: Elke bestuurder van een autobus moet in het bezit zijn van een bestuurderskaart.
Stelling 2: De bestuurderskaart is 5 jaar geldig.
A
Stelling 1 en 2 zijn waar.
B
Stelling 1 en 2 zijn niet waar.
C
Stelling 1 is waar. Stelling 2 is niet waar.
D
Stelling 1 is niet waar. Stelling 2 is waar.

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Besloten busvervoer
Besloten busvervoer is het tegenovergestelde van openbaar vervoer. 

  • Niet voor iedereen toegankelijk
  • Kan volgens een dienstregeling!
  • Denk aan bepaalde groep personen vervoeren voor bedrijven, scholen.
  • Dagtochten. 
  • Haal- en brengritten voor een evenement, bijeenkomst etc.

Hier wordt geld mee verdiend, dus heeft de ondernemer een Euro vergunning nodig.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nationaal / Internationaal vervoer.
Nationaal is binnen de landgrenzen, hoefijzervervoer is nationaal vervoer.
Internationaal waarbij minimaal 1 landgrens wordt overgestoken.

Cabotagevervoer:
Binnenlands vervoer in het buitenland.

Documenten vervoer in EU, EER en Zwitserland.
  • Communautaire vergunning (voertuig gewaarmerkte kopie)
  • Vergunning geregeld vervoer.
  • Vergunning bijzonder geregeld vervoer.
  • Attest (enkel bij eigen vervoer)
  • Ongeregeld vervoer, de reisbladen.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke landen maken 
deel uit van de EU?

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

EER
Eer staat voor:
Europese Economische Ruimte.

4 Koude landen:

IJsland.
Noorwegen.
Liechtenstein.

Zwitserland. (eigen afspraken
gemaakt volg EU regelgeving).

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geregeld Vervoer.
Geregeld vervoer: Het vervoer van personen met een bepaalde regelmaat.
Langs een vastgestelde reisweg.
Vooraf vastgestelde halteplaatsen, waar passagiers mogen in- uitstappen.

Geregeld vervoer voor iedereen toegankelijk.
De vervoerder kan eisen dat de reis van te voren
wordt geboekt.

Aanwezig in het voertuig:
  • Gewaarmerkte kopie Communautaire vergunning:
  • Vergunning geregeld vervoer.
  • Tarieflijst.

Geregeld Cabotage Vervoer

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijzonder Geregeld Vervoer
Geregeld vervoer: Het vervoer van een bepaalde groep personen met een bepaalde regelmaat.
Langs een bepaalde reisweg.       
Vooraf vastgestelde halteplaatsen, waar passagiers mogen in- uitstappen.

Bijzonder geregeld vervoer niet voor iedereen toegankelijk. 
Enkel een bepaalde categorie reizigers. 
Geen vergunning in het voertuig aanwezig bij: Werknemers naar werk, scholieren naar school. (wel aanwezig in het voertuig het contract)

Aanwezig in het voertuig: 
Gewaarmerkte kopie communautaire vergunning.
Vergunning bijzonder geregeld vervoer.




Bijzonder Geregeld Cabotage Vervoer

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ongeregeld Vervoer
Bij ongeregeld vervoer wordt een vooraf samengestelde groep personen vervoerd op initiatief van: A een opdrachtgever of B de vervoerder.

Een opdrachtgever kan een reisbureau zijn.
De vervoerder de bus ondernemer die een reis aanbiedt.

Denk aan meerdaagse rondritten, naar evenementen, conferenties etc.

Communautaire vergunning
Reisblad.
Ongeregeld Cabotage Vervoer

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reisblad in de EU.
Het reisblad is nodig voor ongeregeld vervoer.
Binnen de EU, EER en Zwitserland heeft u het lichtgroene model nodig.

Wat staat er op het reisblad:
  • Op  welke dag u rijdt, van en naar de bestemming, 
  • Het aantal reizigers.
  • Rijdt u met een leeg voertuig, dan moet u dat aangeven op het reisblad.
  • Gegevens van het voertuig: de bestuurder: opdrachtgevers.
  • Op het reisblad invullen welk vervoer dit is: 
      Ongeregeld Vervoer; Ongeregeld Cabotage Vervoer; 
  • Let op zijn er wijzigingen dan niets doorstrepen of veranderen, 
      wijzigingen aangeven bij "onvoorziene wijzigingen".

In April 2024 is besloten om een digitaal EU reisblad te ontwikkelen.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Reisblad Buiten de EU, EER, Zwitserland.
Donkergroen Interbus reisblad bestemd voor:

Albanië;
Andorra;
Bosnië-Herzegovina;
Moldavië;
Montenegro;
Noord-Macedonië;
Turkije;
Oekraïne;
Verenigd Koninkrijk.

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

ASOR reisblad.
Ook het ASOR reisblad is donkergroen.
Dit is bestemd voor de landen die niet zijn genoemd bij het Interbus reisblad.

Wit-Rusland, Rusland en Kazachstan. 
Maar ook Servië en alle andere landen niet genoemd bij EG/EER en Interbus


De bestuurder die ongeregeld vervoer verricht is verplicht om de reisbladen van de laatste 28 dagen bij zich te hebben en te kunnen tonen.
Vanaf 01- 01-2025 moet de bestuurder de reisbladen van de laatste 56 dagen bij zich hebben en kinnen tonen.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Reisvoorwaarden
Wordt de reis via een reisbureau geboekt dan zijn de 
ANVR voorwaarden van toepassing.
Bij een geschil wordt het reisbureau aansprakelijk gesteld.




Wordt de reis direct bij een bus bedrijf geboekt dan zijn 
de KNV busvervoer voorwaarden van toepassing. 
Bij een geschil wordt de busonderneming aansprakelijk gesteld.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

FSO.
Vanuit het fonds vindt bekostiging plaats van diverse bedrijfstakactiviteiten, zoals: 
  • geven van voorlichting over de arbeidsvoorwaarden, 
  • de ontwikkeling van een functiewaarderingssysteem, 
  • activiteiten op het gebied van opleiding en arbeidsomstandigheden, 
  • de bevordering van de naleving van de CAO besloten busvervoer en imagoverbetering.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

U rijdt met passagiers volgens een dienstregeling van Rotterdam naar Hoek van Holland. Welke documenten moeten in de bus aanwezig zijn?
A
Een communautaire vergunning.
B
Een gewaarmerkte kopie van de communautaire vergunning.
C
Een attest binnenlands vervoer.

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een voetbalvereniging heeft een spelersbus om de spelers naar voetbalwedstrijden te brengen.
Welke documenten moeten in het bezit
zijn van de chauffeur?
A
Rijbewijs D zonder code 95.
B
Rijbewijs D met code 95.
C
Rijbewijs C en D.

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een voetbalvereniging heeft een spelersbus om de spelers naar voetbalwedstrijden in Nederland te brengen. Welke documenten moeten in het voertuig aanwezig zijn?
A
Gewaarmerkte kopie van de communautaire vergunning.
B
Het attest binnenlands vervoer.
C
Er zijn geen aanvullende documenten verplicht.

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een voetbalvereniging heeft een spelersbus om de spelers naar internationale voetbalwedstrijden in de EU te brengen. Welke documenten moeten in het voertuig aanwezig zijn?
A
Het lichtgroene reisblad.
B
Een attest.
C
De gewaarmerkte kopie van de communautaire vergunning.

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

U bent chauffeur in het ongeregeld vervoer gespecialiseerd in ritten naar Londen.
Welke vergunningen moeten in de bus
aanwezig zijn?
A
De kopie Eurovergunning en het lichtgroene ASOR reisblad.
B
De kopie Eurovergunning en het donkergroene Interbus reisblad.
C
De kopie Eurovergunning en het lichtgroene reisblad.

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

U rijdt volgens een dienstregeling via een vaste route passagiers van Rotterdam naar Breda.
Hoe wordt dit vervoer genoemd?
A
Openbaar vervoer.
B
Besloten busvervoer.
C
Eigen vervoer.

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke reisbladen moet u bij zich houden bij het ongeregeld vervoer?
A
Alle reisbladen.
B
Enkel de EU reisbladen.
C
Enkel de donkergroene reisbladen.

Slide 38 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies