Spelling H5 - hoofdletters en aanhalingstekens

Spelling h5 (blz. 162)
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Spelling h5 (blz. 162)

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdletters en citeren
Aan het einde van de les kun je hoofdletters en aanhalingstekens goed in een zin plaatsen.

Wat betekent 'citeren'?

Slide 2 - Tekstslide

Wanneer schrijf je
een hoofdletter?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Video

Welke vorm is juist geschreven?
A
Jarik De Boer
B
jarik de boer
C
Jarik de Boer
D
J. De Boer

Slide 5 - Quizvraag

Welke vorm is juist geschreven?
A
West- friesland
B
West-Friesland
C
west-friesland
D
west-Friesland

Slide 6 - Quizvraag

Welke vorm is juist geschreven?
A
Engelse drop
B
Engelse Drop
C
engelse drop

Slide 7 - Quizvraag

Welke vorm is juist geschreven?
A
E.g. van Vliet
B
E.G. Van Vliet
C
E.G. van vliet
D
E.G. van Vliet

Slide 8 - Quizvraag

Welke vorm is goed geschreven?
A
paaseieren
B
Paaseieren
C
paas-eieren
D
Paas-eieren

Slide 9 - Quizvraag

Welke vorm is goed geschreven?
A
Kerstboom
B
kerstmis
C
Kerstvakantie
D
kerstboom

Slide 10 - Quizvraag

Welke zin is juist geschreven?
A
de film 'Zwartboek' is prachtig.
B
De film 'zwartboek' is prachtig.
C
De film 'Zwartboek' is prachtig.
D
de film 'zwartboek' is prachtig.

Slide 11 - Quizvraag

Welke vorm is juist geschreven?
A
Van Goghstraat
B
van goghstraat
C
van Goghstraat

Slide 12 - Quizvraag

Schrijf onderstaande zin goed op.
's avonds drinkt robert graag een kopje thee.

Slide 13 - Open vraag

Citeren

Slide 14 - Tekstslide

Aanhalingstekens

Je gebruikt aanhalingstekens bij:

de directe rede (citeren)

  • voorbeeld: 'Ik ga naar school', zei Esther.

                                Esther zei: 'Ik ga naar school.'

titels van een boek of film

  • voorbeeld: 'Heb jij 'Starwars' als gezien?', vroeg Jan.

Let op: het laatste voorbeeld is ook een directe rede, dus daar staan ook aanhalingstekens.

Slide 15 - Tekstslide

Welke aanhalingstekens gebruik je?

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Schrijf onderstaande regel correct:
merel wil jij vanavond op sam passen als wij naar de familie van vliet gaan vroeg vader

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Tekstslide

Schrijf onderstaande zin correct:
in haar boek hoe overleef ik de brugklas geeft francine oomen veel goede tips.

Slide 20 - Open vraag

Schrijf onderstaande zin correct:
de laatste woorden van de romeinse keizer nero waren een groot kunstenaar gaat met mij heen.

Slide 21 - Open vraag

Schrijf onderstaande zin correct:
vaak stellen we dingen uit, omdat we denken dit kan wel wachten tot morgen

Slide 22 - Open vraag

Wat heb je geleerd deze les?

Slide 23 - Woordweb

Waar kun je extra uitleg vinden?

Slide 24 - Open vraag

Huiswerk
Opdracht 1, 2 (blz. 163)
NN: extra trainen

Slide 25 - Tekstslide