Oefenen met vragen H1

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Prehistorie

Op basis van de informatie in de tekst zou je de prehistorie op twee verschillende momenten kunnen laten beginnen.
Welke momenten zijn dit? Leg ook uit waarom?

Op basis van de informatie in de tekst zou je de prehistorie op twee verschillende momenten kunnen laten beginnen.

Welke momenten zijn dit? Leg ook uit waarom?

Hoe ga je te werk? 

Stap 1: Kijk of je alle woorden begrijpt

Stap 2: Bedenk wat je wil weten -> beginpunt

Stap 3: Scan de tekst

Stap 4: Lees het stuk wat je geselecteerd hebt

Stap 5: Kijk welke beginpunten je kan aanduiden

Stap 6: Leg uit waarom je die als beginpunt kan zien

Op basis van de informatie in de tekst zou je de prehistorie op twee verschillende momenten kunnen laten beginnen.

Welke momenten zijn dit? Leg ook uit waarom?

1 2,5 miljoen jaar geleden, met de verschijning van de eerste mens, homo habilis.

2 140.000 v.C, met de verschijning van onze eigen soort, homo sapiens.

In welke twee opzichten verschilde homo sapiens volgens de tekst van zijn voorgangers?

In welke twee opzichten verschilde homo sapiens volgens de tekst van zijn voorgangers?

Hoe ga je te werk? 

Stap 1: Kijk of je alle woorden begrijpt

Stap 2: Bedenk wat je wil weten -> twee verschillen

Stap 3: Scan de tekst

Stap 4: Lees het stukje wat je geselecteerd hebt

Stap 5: Kijk welke kenmerken van de Homo Sapiens je vindt

Stap 6: Leg uit waarom dat anders is dan zijn voorgangers

In welke twee opzichten verschilde homo sapiens volgens de tekst van zijn voorgangers?

1 Homo sapiens maakte meer gespecialiseerde werktuigen en gebruikte daarvoor meer verschillende materialen.

2 Homo sapiens maakte ook afbeeldingen, waaronder grotschilderingen.

Bevolkingsgroei kan op basis van de tekst worden aangeduid als een oorzaak, maar ook als een gevolg van de agrarische revolutie.
Leg uit waarom bevolkingsgroei zowel een oorzaak als een gevolg kan zijn.

Bevolkingsgroei kan op basis van de tekst worden aangeduid als een oorzaak, maar ook als een gevolg van de agrarische revolutie.

Leg uit waarom bevolkingsgroei zowel een oorzaak als een gevolg kan zijn.

Hoe ga je te werk?

Stap 1: Kijk of je alle woorden in de vraag begrijpt

Stap 2: Bedenk wat je wil weten -> oorzaak en gevolg

Stap 3: Scan de tekst -> de eerste boeren + een nieuwe levenswijze

Stap 4: Lees het stukje wat je geselecteerd hebt

Stap 5: Wat vond plaats voor en wat vond plaats na  de agrarische revolutie?

Stap 6: Leg uit waarom dit als oorzaak en gevolg gezien kan worden

Bevolkingsgroei kan op basis van de tekst worden aangeduid als een oorzaak, maar ook als een gevolg van de agrarische revolutie.

Leg uit waarom bevolkingsgroei zowel een oorzaak als een gevolg kan zijn.

Oorzaak: volgens de tekst luidt een theorie dat bevolkingsgroei de aanzet gaf tot een nieuwe manier van voedsel produceren.

Gevolg: in de tekst wordt uitgelegd dat door die nieuwe manier van voedsel produceren de bevolking kon groeien.

Noem twee sociale veranderingen die optraden in het leven van de jagers-verzamelaars door de agrarische revolutie

Noem twee sociale veranderingen die optraden in het leven van de jagers-verzamelaars door de agrarische revolutie

Hoe ga je te werk?

Stap 1: Kijk of je alle woorden begrijpt -> wat betekent 'sociaal'?

Stap 2: Bedenk wat je moet doen -> twee sociale veranderingen geven die het gevolg zijn van de agrarische revolutie

Stap 3: Bedenk wat je weet over de leefwijze van jagers-verzamelaars

Stap 4: Bedenk wat je weet over de leefwijze van boeren

Stap 5: Kijk naar de kenmerken en selecteer het kenmerk wat betrekking heeft op 'sociaal' 

Stap 6: Leg uit hoe het eerst was en hoe het later was = verandering

Noem twee sociale veranderingen die optraden in het leven van de jagers-verzamelaars door de agrarische revolutie

1 Er ontstond verschil in bezit. Sommigen hadden land en vee, anderen hadden minder of niets.

2 Er ontstond een groter verschil in macht en status. Er kwam een laag van bestuurders en priesters

Eindexamenvraag: In 1274 v. Chr. vond er een veldslag plaats tussen de legers van de Hittitenkoning Muwatali II en de Egyptische farao Ramses II.

Tijdens de slag werden door de Egyptenaren 2.000 strijdwagens met ieder drie soldaten ingezet. De Hittiten hadden 3.000 strijdwagens met elk twee soldaten. Daarnaast hadden beide legers meer dan 10.000 voetsoldaten tot hun beschikking.

Hieruit kun je concluderen dat zowel bij de Hittiten als bij de Egyptenaren sprake was van een landbouwsurplus. Leg dit uit. (2p)

Eindexamenvraag:

In 1274 v. Chr. vond er een veldslag plaats tussen de legers van de Hittitenkoning Muwatali II en de Egyptische farao Ramses II.

Tijdens de slag werden door de Egyptenaren 2.000 strijdwagens met ieder drie soldaten ingezet. De Hittiten hadden 3.000 strijdwagens met elk twee soldaten. Daarnaast hadden beide legers meer dan 10.000 voetsoldaten tot hun beschikking.

Hieruit kun je concluderen dat zowel bij de Hittiten als bij de Egyptenaren sprake was van een landbouwsurplus. Leg dit uit. (2p)

Hoe ga je te werk? 

Stap 1: Kijk of je alle woorden begrijpt -> surplus

Stap 2: Bedenk wat je moet doen -> uitleggen -> waarom -> verklaring 

Stap 3: Kijk welke informatie al gegeven wordt in de vraag -> strijdwagens, grote aantallen

Stap 4: Bedenk hoe het kon dat deze volken strijdwagens hadden -> ambachtslieden -> konden ontstaan als er een voedseloverschot was

Stap 4: Bedenk waarom mensen in de oudheid met grote aantallen bij elkaar konden leven -> voedseloverschot

Stap 5: Herhaal altijd de vraag in je antwoord -> Zowel bij de Hittiten als bij de Egyptenaren was er sprake van een landbouwsurplus.......

Stap 6: Geef verklaring

Waarom was er sprake van een landbouwsurplus?

Zowel bij de Hittiten als bij de Egyptenaren was sprake van een

landbouw surplus, omdat de grote hoeveelheid strijdwagens / het grote aantal soldaten alleen bijeen kon worden gebracht door een gemeenschap waarin genoeg gespecialiseerde ambachtslieden waren die de strijdwagens konden maken / waarin een grote bevolking voorkwam, wat alleen mogelijk was als de landbouw een overschot aan voedsel opleverde.