De drie gebieden waarop veranderingen optreden bij de geriatrische zorgvragers:
Psychisch functioneren: slechter geheugen, moeilijker denken, anders beleven.
Lichamelijk functioneren: minder mobiel, achteruitgang zintuigen (zien, horen, ruiken, voelen, proeven), hert en longen werken minder goed.
Sociaal functioneren: minder contact, minder activiteiten, gestoorde communicatie.