Ga naar bladzijde 30, tekst 3: Amsterdam en de rommel (boek A)
Pak je schrift erbij en beantwoord onderstaande vragen over tekst 3, bladzijde 30.
1. Lees de tekst verkennend. Schrijf op wat je leest / ziet.
2. Wat is de bron van de tekst? Kun je daaruit opmaken wat het tekstdoel is?
3. Wat is de tekstsoort?
4. Wat is het onderwerp van de tekst?
5. Lees de tekst nauwkeurig. Wat is de hoofdgedachte van de tekst?
6. Zoek alle signaalwoorden in de tekst. Noteer ze en schrijf erachter om welk tekstverband het gaat. Op bladzijde 232 staat een overzicht van de signaalwoorden en tekstverbanden.