Naast beoordeling op het werk. Beoordeel ik ook je werkhouding. Zo kan dus het cijfer binnen je groepje verschillen.
Beoordelingspunten:
1. Op tijd aanwezig bij overleg. (in de klas, maar ook daarbuiten)
2. Zich voorbereid hebben (materiaal mee, bronnen gezocht)
3. Met ideeën komen. (denk je actief mee over de opdracht)
4. Constructief reageren op anderen. (geef je andere feedback waarmee hij/zij iets kan)
5. Afspraken nakomen. (kunnen andere op jou rekenen)
6. Controleren van uitwerkingen. (lever je goed werk aan)
7. Anderen aanspreken. (geef je goed aan wat je van anderen verwacht)