Hoe besturen we de gemeentes?

De gemeente
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
WereldoriëntatieTaal+3BasisschoolGroep 5,6

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Introductie

In welke gemeente woon jij? De gemeente regelt een heleboel. Wat mogen zij bepalen? En hoe werken zij samen? In deze les leer je er alles over.

Instructies

Werkbladen

Onderdelen in deze les

De gemeente

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

.
Dit weet ik al!
Denkgesprek
Hoe word je burgemeester, denk je? 
Praat erover in je groepje.
timer
4:00
De spelregels
Bij een denkgesprek praat je samen met je klasgenoten over een vraagstuk. Er zijn geen goede of foute antwoorden, het gaat erom dat iedereen kan vertellen wat hij of zij denkt. Je hoeft elkaar dus niet te overtuigen van elkaars ideeën. Denk eerst zelf over de vraag na, praat er daarna over in je groepje. Komt iedereen aan het woord en kan iedereen zijn of haar ideeën bespreken? Dan zijn jullie goed bezig!

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dit ga je leren
Wereldoriëntatie
Na deze les weet ik hoe de gemeente is opgebouwd en welke taken de gemeente uitvoert.
Woordenschat 
Na deze les weet ik wat de moeilijke woorden betekenen die met de gemeente te maken hebben.
Taal
Na deze les kan ik een debat voeren over de stelling: 
De gemeenteraad moet worden samengesteld door een loting uit alle volwassen inwoners!

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.
Verdiepende tekst



Lees samen de tekst hiernaast. 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Woordenschat
de gemeente
de burgemeester
De voorzitter van de gemeenteraad en van het college van bestuur.
Hulpkaart
de gemeenteraad
  • Bepaalt de plannen voor de gemeente. 
  • Controleert het college van burgemeester en wethouders.
  • Luistert naar de inwoners. 
het college van burgemeester en wethouders (B&W)
  • De burgemeester en de wethouders samen. 
  • Voeren de besluiten van de gemeenteraad, de provincie en de regering uit.
  • Iedere wethouder heeft een eigen taak. Bijvoorbeeld: onderwijs, geld, sport of cultuur.

Slide 5 - Tekstslide

Woordenschat
Bespreek de moeilijke woorden met uw leerlingen.
Wie kiest wie? Slepen maar!
het volk
het volk
de regering
de burgemeester
de gemeenteraad
de wethouders

Slide 6 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

..
.
WAAR 
of 
NIET WAAR?
De gemeente mag bepalen waar in de gemeente jij wel en geen vuurwerk mag afsteken.
Schrijf het antwoord op je wisbordje en houd je wisbordje op het teken van je juf of meester in de lucht. Of doe mee met je eigen device.
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

..
.
WAAR 
of 
NIET WAAR?
Stel: jij wilt graag een speeltuin, in de buurt van de school. Wie bepaalt dan of er inderdaad een speeltuin gebouwd gaat worden?
Schrijf het antwoord op je wisbordje en houd je wisbordje op het teken van je juf of meester in de lucht. Of doe mee met je eigen device.
A
de directeur van de school
B
jouw juf of meester
C
de gemeente
D
minister-president Mark Rutte

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Verwerkingsopdracht
Verdeel de klas in drie groepen. Groep 1 is VOOR de stelling (de voorstanders), groep 2 is TEGEN de stelling (de tegenstanders) en groep 3 is de jury. Iedereen zit op een stoel. De leerkracht is de debatleider.
Alle kinderen die in de jury zitten laten weten of zij voor of tegen de stelling zijn door op het teken van de juf of meester een groen (voor de stelling) of rood kaartje (tegen de stelling) in de lucht te houden. De juf of meester schrijft op het bord hoeveel kinderen voor de stelling zijn (voorstanders) en hoeveel kinderen tegen de stelling zijn (tegenstanders). 
Uitleg

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verwerkingsopdracht
Uitleg
Het debat kan beginnen! Als je je mening wilt geven, ga je staan en zeg je: 'Ik wil graag reageren op het argument van (naam leerling). De leerkracht geeft beurten. Door argumenten te geven proberen de voorstanders de tegenstanders te overtuigen van hun mening. En de tegenstanders proberen de voorstanders natuurlijk te overtuigen van hun mening!
Na 10 minuten stopt het debat. De leerkracht vraagt de juryleden opnieuw te stemmen. Zijn er juryleden veranderd van mening? De groep die de meeste juryleden van mening heeft doen veranderen, wint het debat!
Kan iemand uit de jury uitleggen waarom hij of zij van mening is veranderd? Welke argumenten hebben hem of haar overtuigd?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verwerkingsopdracht
de stelling

De gemeenteraad moet worden samengesteld door een loting uit alle volwassen inwoners!
Debatteren maar!

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugkoppeling lesdoelen
Wereldoriëntatie en taal

  • Hoe is de gemeente opgebouwd?
  • Wat doet de gemeente? 
Taal
  • Wat vond jij het beste argument dat je tijdens het debat hebt gehoord?
  • Wie van je klasgenoten vind jij erg goed in debatteren? Waarom?

Slide 12 - Tekstslide

Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.
Terugkoppeling eigen leervragen
  • Op welke vragen hebben jullie deze les antwoord gekregen? 
  • Welke vragen zijn nog onbeantwoord? 
  • Hoe kun je ervoor zorgen dat je toch achter het antwoord op deze vragen komt?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

              Tot de volgende keer!

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies