Wat? Lees blz. 92, 93 en maak opgave 1 tot en met 15.
Hoe? Je mag na 5 minuten zachtjes overleggen in je groep
Hulp? Kijk in je boek, vraag binnen je groep, steek dan je vinger op.
Tijd? 15 minuten.
Uitkomst?
- Je kunt beredeneren aan de hand van de vectoren of een voortuig versneld, vertraagd, met constante snelheid rijdt of stilstaat.
- Je kunt m.b.v. de kracht en de massa de versnelling uitrekenen.
Klaar? Nakijken!