Belastingen op auto's

Belasting op auto's
§6.2
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Belasting op auto's
§6.2

Slide 1 - Tekstslide

Startvraag
  • Wie komt er met het OV naar school?
  • Wat kost het om een dag met het OV naar school te reizen?

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Vandaag gaan we kijken of het duurder is om met een auto (Scooter) naar school te komen of met het OV

Je kunt uitrekenen wat goedkoper is auto, scooter of OV

Slide 3 - Tekstslide

Startopdracht
Voeg jezelf toe aan de lesgroep D3B in lessonup

De link is verstuurd via de mail

Slide 4 - Tekstslide

Een pakket tijdschriften is bij de kiosk te koop voor € 20 exclusief 9% btw. De kioskhouder heeft bij inkoop van dit pakket € 0,75 btw betaald aan de leverancier.
Bereken het btw-bedrag dat de kioskhouder na de verkoop van het tijdschriftenpakket moet afdragen aan de Belastingdienst.
timer
2:00

Slide 5 - Open vraag

Antwoord
Een pakket tijdschriften is bij de kiosk te koop voor € 20 exclusief 6% btw. De kioskhouder heeft bij inkoop van dit pakket € 0,75 btw betaald aan de leverancier.
 Bereken het btw-bedrag dat de kioskhouder na de verkoop van het tijdschriftenpakket moet afdragen aan de Belastingdienst.

Betaalde btw: 0,75
Ontvangen btw: 1,80       (20 : 100 x 9) 

Hij heeft meer ontvangen dan betaald dus moet 1,80 - 0,75 = 1,05 aan de belasting afdragen

Slide 6 - Tekstslide

Brandstofverbruik
Hoeveel benzine verbruikt een auto per kilometer?
Dit is bij iedere auto anders.

Brandstofverbruik wordt aangegeven als 1 : ... (1 op ...)
voorbeeld: een volkswagen polo rijd 1 : 21  (1 op 21)
Dit betekent dat deze auto 1 liter benzine nodig heeft om 21 kilometer te rijden.



Slide 7 - Tekstslide

De auto van Peter rijdt 1 op 20.
1 liter benzine kost €2,16.
Peter gaat wilt 300 km rijden.
Bereken het bedrag dat Peter kwijt is aan benzine

Slide 8 - Open vraag

Rekenvoorbeeld
De auto van Peter rijdt 1 op 20
1 liter benzine kost €2,16
Peter gaat wilt 300 km rijden.


Liter
1
Km
20
1
300

Slide 9 - Tekstslide

Rekenvoorbeeld
De auto van Peter rijdt 1 op 20
1 liter benzine kost €1,70
Peter gaat wilt 300 km rijden.
Stap 1)




Stap 2) 15 liter x 2,16 = €32,40
Liter
1
0,05
15
Km
20
1
300

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 1 (10 min) Motorrijtuigenbelasting
  1. Bedenk een auto die je wel leuk lijkt om te besturen. 
  2. Zoek het gewicht van die auto op
  3. Ga naar deze website: https://www.belastingdienst.nl/wps/wcm/connect/nl/auto-en-vervoer/content/hulpmiddel-motorrijtuigenbelasting-berekenen
  4. Kies voor: 
  • woonachtig in Nederland
  • personenauto
  • Niet elektrisch of waterstof
  • Provincie zuid-holland
  • Brandstof benzine
  • Kies het juiste gewicht van de auto
  • Druk op toon resultaten

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 2 Verzekeringskosten
  1. Ga naar deze website 
  2. Klik onder kenteken het vonkje onbekend aan
  3. vul jouw postcode en huisnummer in
  4. Het volgende blad mag je naar keuze invullen behalve ...benzine en handgeschakeld

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 3 brandstofkosten
Bereken voor jezelf je eigen brandstofkosten
  1. Hoeveel km is het van jou huis naar school en terug?
  2. Wat is het verbruik van de door jou gekozen auto?

Berekenen:
Stap 1: hoeveel liter heb je nodig heen en terug?
Stap 2: aantal liter x €2,16

Je gaat gemiddeld 20 dagen per maand naar school. Reken ook uit Hoeveel brandstofkosten je kwijt bent per maand.

Slide 13 - Tekstslide

Autokosten berekenen
Tel alle kosten bij elkaar op:
  • Motorrijtuigenbelasting
  • Verzekering
  • Brandstofkosten

Slide 14 - Tekstslide

Motorrijtuigenbelasting
We noemen dit ook wel wegenbelasting

De hoogte van deze belasting hangt af van:
  • De provincie waar je woont
  • Het type auto (benzine, diesel, elektrisch)
  • Het gewicht van de auto.


Slide 15 - Tekstslide

Opdrachten boek
Maak opdracht 1 t/m 4  blz. 46

Maak ook opdracht 5, 7  en 9  blz. 48

Slide 16 - Tekstslide

Kosten van een auto
Als je een auto koopt zijn er een aantal kosten namelijk:
  • Wegenbelasting
  • Brandstofverbruik
  • Verzekering 

We gaan nu niet in op het geld dat je betaalt voor het kopen van de auto.

Slide 17 - Tekstslide