CE MBO3 BBL -examentraining luisteren

Wat geen we doen vandaag?
  • MBO4 gaat beginnen met het schrijven van een betoog. (opdracht leg ik uit, staat ook op TEAMS. Hier lever je de opdracht ook in )
  • MBO3 gaat klassikaal oefenen met luisteren voor het CE en vervolgens zelfstandig oefenen. 
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

Onderdelen in deze les

Wat geen we doen vandaag?
  • MBO4 gaat beginnen met het schrijven van een betoog. (opdracht leg ik uit, staat ook op TEAMS. Hier lever je de opdracht ook in )
  • MBO3 gaat klassikaal oefenen met luisteren voor het CE en vervolgens zelfstandig oefenen. 

Slide 1 - Tekstslide

2.6 Het betoog
Met een betoog wil je de lezer overtuigen van jouw standpunt. Maak, voor je een betoog gaat schrijven, altijd een schrijfplan 

  • in de inleiding introduceer je het onderwerp en geef je je mening in de vorm van een standpunt.
  • in het middenstuk onderbouw je je mening met argumenten. Deze argumenten ondersteun je vervolgens met uitleg of voorbeelden. Je betoog wordt sterker als je ook een of meer tegenargumenten weerlegt.
  • in het slot vat je de belangrijkste argumenten kort samen en herhaal je (in iets andere woorden) je standpunt.


Slide 2 - Tekstslide

2.6 Het betoog
Geschikte tekststructuren voor een betoog zijn:

  • argumentatiestructuur: je onderbouwt je mening met sterke argumenten en weerlegt tegenargumenten
  • voor- en nadelenstructuur: je onderbouwt je mening met voordelen en weerlegt nadelen
Gebruik signaalwoorden voor een duidelijke structuur. In een betoog kun je bijvoorbeeld de volgende verbanden en signaalwoorden gebruiken:
reden of argument: daarom, omdat, want, derhalve, immers, dat blijkt uit, namelijk.
oorzaak – gevolg: doordat, daardoor, als gevolg van, het komt door, waardoor, zodat.
tegenstelling: maar, toch, echter, daarentegen, enerzijds ... anderzijds.
samenvatting: kortom, al met al, met andere woorden.
conclusie: dus, concluderend, samengevat.







Slide 3 - Tekstslide

Examenopdracht 2.6 Betoog 
Schrijf een betoog ( zie Nu Nederlands opdracht) 
1. Formuleer jouw standpunt en zet argumenten vóór én tegen je standpunt op een rijtje. Bedenk hoe je de tegenargumenten kunt weerleggen.
2. Maak een schrijfplan.
3. Schrijf op de computer een betoog van minimaal 500 woorden over de stelling: het huwelijk is achterhaald. 

Slide 4 - Tekstslide

Welke functies zijn nieuw bij de Apple Watch Series 6?
A
Muziekprogramma en slaapapp
B
Zuurstofsaturatiesensor en hoogtemeter
C
Fitheid app en batterijfunctiemeter
D
Stopwatch en hoogtemeter

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

Waartussen ligt de zuurstofwaarde meestal?
A
Tussen de 80 en 85%
B
Tussen de 85 en 90%
C
Tussen de 90 en 95%
D
Tussen de 95 en 100%

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Video

Wat is de conclusie van de Apple Watch Series 6?
A
Goede smartwatch, maar weinig verschillen met vorige versies
B
Goede smartwatch, veel nieuwe functies t.o.v. vorige versies
C
Geen goede smartwatch, hij gaat niet lang mee
D
Geen goede smartwatch, hij is precies hetzelfde als de vorige versie

Slide 10 - Quizvraag

Wat wilden de makers bereiken met dit filmpje?
A
Amuseren
B
Informeren

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Video

Waar bevindt DNA zich?
A
Alleen in je hersenen
B
Alleen in je bloed
C
In elke cel van je lichaam
D
Vooral in je organen

Slide 13 - Quizvraag

Kun je uit jouw DNA aflezen wie jouw ouders zijn?
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Video

Wanneer zou je bijv. zo'n DNA-test gericht op verwantschap goed kunnen doen? (meerdere antw. mogelijk)
A
Als je geïnteresseerd bent in stamboom onderzoek
B
Als je wil weten of je kind blauwe ogen krijgt
C
Als je wil weten hoe oud je ongeveer gaat worden
D
Als je wil weten waar je voorouders woonden jaren geleden

Slide 16 - Quizvraag

Waarom zijn niet alle resultaten hetzelfde als je wilt weten uit welke landen je voorouders komen? (meerdere antw. mogelijk)
A
Elk lab gokt stiekem maar wat
B
Elk lab mag maar vier landen tonen in zijn resultaten
C
Elk lab stelt de kaartjes op zijn eigen manier samen
D
Elk lab richt zich op een bepaalde doelgroep

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Video

Wat is de conclusie voor DNA tests die informatie geven over je gezondheid?
A
Erg duidelijk en je krijgt goede begeleiding
B
Betrouwbaarheid is laag en uitkomst nietszeggend
C
Erg duidelijk, maar je krijgt geen goede begeleiding
D
Net zo betrouwbaar als die van een dokter

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Video

Wat is de tekstsoort?
A
Een reclame van het voedingscentrum over voedsel
B
Een voorlichtingsfilmpje van het Voedingscentrum
C
Een fragment uit een nieuwsprogramma

Slide 21 - Quizvraag

Waaraan herken je de tekstsoort?
Drie antwoorden zijn goed.
WEL
NIET
De pictogram men.
Het taalgebruik is eenvoudig en helder.
Het filmpje is opgedeeld in twee delen.
De tips: '5 keer veilig met eten'.
Er wordt geen mening gegeven.

Slide 22 - Sleepvraag

Wat is het onderwerp van het tweede deel van het filmpje?
A
Veilig voedsel bereiden
B
Voorkomen van voedselinfecties
C
Bederfelijk voedsel bewaren

Slide 23 - Quizvraag

Het filmpje begint met een inleidding. Hierin wordt uitgelegd dat voedsel de bedrijven weliswaar veilig verlaat, maar dat jaarlijks toch veel mensen een voedselinfectie oplopen. Daarna volgt het eerste deel van de kern van het filmpje.

Wat is het onderwerp van dit deel?
A
Ziekteverwekkers
B
Micro-organismen
C
Voedselinfecties

Slide 24 - Quizvraag

Welke zin geeft de hoofdgedachte het beste weer?
A
Door schadelijke micro-organismen geen kans te geven, voorkom je voedselinfecties.
B
Vanaf het moment dat je voedsel koopt, ben je er zelf verantwoordelijk voor.
C
Je gaat alleen veilig met voedsel om als je de 5 tips uit het filmpje volgt.

Slide 25 - Quizvraag

Wat is de functie van het openingsbeeld?
A
De aandacht van de kijker trekken en het onderwerp introduceren
B
Het onderwerp introduceren en het filmpje samenvatten
C
Het filmpje samenvatten en de aandacht van de kijker trekken

Slide 26 - Quizvraag

De meeste filmpjes kennen een inleiding, kern en slot.
Wat is het slot van dit filmpje?
A
De vijf tips over veilig omgaan met eten.
B
Kijk op 'www.voedingscentrum.nl/eetveilig'
C
"Met 5x veilig eten geef je ziekteverwekkers geen kans. Zo voorkom je dat je ziek wordt. Meer weten? Kijk op 'www.voedingscentrum.nl/eetveilig'
D
Het filmpje heeft geen slot

Slide 27 - Quizvraag

Welk verband geven de in hoofdletters geschreven signaalwoorden aan? Kies het juiste verband.

Een product wordt EERST in de fabriek gemaakt en ligt DAARNA in de winkel.
A
argumentatie
B
opsomming
C
tijd

Slide 28 - Quizvraag

Welk verband geven de in hoofdletters geschreven signaalwoorden aan? Kies het juiste verband.

Er zijn nuttige EN schadelijke organismen
A
tijd
B
voorbeeld
C
opsomming

Slide 29 - Quizvraag

Welk verband geven de in hoofdletters geschreven signaalwoorden aan? Kies het juiste verband.

OMDAT je van ziekteverwekkers ernstig ziek kunt worden, moeten we ze ver van ons eten houden
A
Voorbeeld
B
Opsomming
C
Argumentatie

Slide 30 - Quizvraag

Wat gaan we nu doen?
  • Zelfstandig oefenen in examensprint (Nu Nederlands)
  • Heb je geen licentie? Ga dan naar de Facet website: oefenen.facet.onl.                                                                                          Hier staan examens MBO 2F van de afgelopen jaren, hier kan je mee oefenen. 

Slide 31 - Tekstslide