Test: wat vind jij van Kunst en Cultuur

Test: 
wat vind jij van Kunst en Cultuur?


Deze vragen zijn bedoeld om een beeld te krijgen bij jouw persoonlijke mening over kunst en cultuur. 
Er zijn geen foute antwoorden. 
Kies bij elke vraag gewoon het antwoord 
dat het beste bij je past.
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
CKVMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Test: 
wat vind jij van Kunst en Cultuur?


Deze vragen zijn bedoeld om een beeld te krijgen bij jouw persoonlijke mening over kunst en cultuur. 
Er zijn geen foute antwoorden. 
Kies bij elke vraag gewoon het antwoord 
dat het beste bij je past.

Slide 1 - Tekstslide

1. Je mag kleren gaan kopen.
Waar let je bij het uitzoeken van je kleren het meeste op?
A
Ik kijk of ze in de mode zijn, zodat ik er hetzelfde uitzie als mijn klasgenoten.-4
B
Ik let er voornamelijk op of ze lekker en makkelijk zitten.-3
C
C. Ik kijk of ze het beste bij mijn uiterlijk passen.-2

Slide 2 - Quizvraag

2. Je beste vriend(in) moet voor een werkstuk naar een museum.
Hij/zij vraagt of je mee wilt.
Wat doe je?
A
Je probeert je vriend(in) over te halen ergens anders naar toe te gaan. -3
B
Je gaat mee, want het lijkt je wel interessant. -2
C
Je gaat mee, omdat je dat wel gezellig vindt. -4

Slide 3 - Quizvraag

3. Je kijkt naar een spannende film.
Wat doe je tijdens het kijken?
A
Je kijkt nooit naar films. -4
B
Je denkt tijdens het kijken dat het echt is. -3
C
Je weet dat het verhaal verzonnen is. Tijdens het kijken zit je mee te verzinnen hoe het verhaal kan gaan. -2

Slide 4 - Quizvraag

4. Je doet mee aan het schooltoneel. Je staat op het podium en kijkt de zaal in. Je ziet wel honderd mensen naar je kijken. Hoe vind je dat?
A
Het geeft je een kick. Je voelt je fantastisch. -2
B
Het doet je helemaal niets. -4
C
Je vindt het eng. Anderen lijken het veel makkelijker te doen. -3

Slide 5 - Quizvraag

5. Je ouders willen uitgaan naar een concert. Ze zeggen dat je mee moet. Wat doe je?
A
Je gaat mee, maar neemt je oortjes en mobiel met spotify-playlist mee. -4
B
Je zoekt online iets anders om te doen en stelt dat voor. -2
C
Je gaat mee en hoopt dat het wat is. -3

Slide 6 - Quizvraag

6. Je ouders hebben foto’s van jou uit een dansvoorstelling op de basisschool.
Ze laten die foto’s zien aan jouw vrienden.
Wat doe je?
A
Je bent hartstikke trots. -2
B
Je vertelt gelijk wat je tegenwoordig doet. -3
C
Je schaamt je ontzettend. -4

Slide 7 - Quizvraag

7. Je krijgt de opdracht een auto te ontwerpen. Wat doe je?
A
De auto die je ontwerpt lijkt heel veel op een bestaande auto. -3
B
De auto die je ontwerpt ziet er anders uit dan normaal want het is de auto voor de toekomst.-2
C
Je tekent een vierkant met twee rondjes eronder en je bent klaar. -4

Slide 8 - Quizvraag

8. Je bent in Italië op vakantie. Wat wil je zien?
A
Ik ga niet graag op vakantie.-4
B
Ik wil alleen maar mijn hotel en het strand zien. -3
C
Ik wil meer weten over de mensen die er leven. -2

Slide 9 - Quizvraag

9. Op Netflix zijn veel series te zien.
Wat geldt het meest voor jou?
A
Je wilt later ook in zo’n serie spelen. -2
B
Je vindt de verhalen wel spannend. -3
C
Ik kijk niet zoveel naar Netflix. -4

Slide 10 - Quizvraag

10. Er is een feest. Je ouders zijn 20 jaar getrouwd. Ze vragen aan jou of je de kamer wilt versieren.
Wat doe je?
A
Je zoekt een oude doos met versierspullen en daar doe je het mee. -3
B
Je stelt het uit tot het laatste moment. -4
C
Je denkt er goed over na en maakt het zo mooi en feestelijk mogelijk. -2

Slide 11 - Quizvraag

11. Je krijgt een grotere kamer thuis. Je mag hem helemaal opnieuw inrichten. Wat doe je?
A
Je richt je kamer precies zo in als de kamer van een van je vrienden. -3
B
Je maakt vooraf een plan. Je let erop dat de kleuren en de meubels bij elkaar passen. -2
C
Je zet gewoon je oude spullen in je nieuwe kamer. -4

Slide 12 - Quizvraag

12. Je krijgt bij een film op de televisie( Netflix) een brok in je keel en tranen in je ogen. Je bent niet alleen. Wat doe je?

A
Je probeert te doen alsof er niets aan de hand is. Je snuit je neus. -3
B
Je zegt gewoon dat je ontroerend vindt. -2
C
Je stopt de film of je loopt weg. -4

Slide 13 - Quizvraag

De uitslag
Sluit de les en ga de punten optellen. 
Bij het negatieve getal achter jouw 12 gegeven antwoorden
 tel je steeds 5 punten op.
Voorbeeld: vraag 1: -2+5=3 punten;
vraag 2: -3+5=2 pt.; vraag 3: -4+5=1 pt. Totaal vraag 1,2 +3= 6 punten
Open daarna de gedeelde les:
 "Score: wat vind jij van Kunst en Cultuur" . 
Daar kun je met de opgetelde punten de betekenis van jouw score opzoeken.

Slide 14 - Tekstslide