In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Hay que + werkwoord:
* Moeten in onpersoonlijke vorm.
* Men moet, je moet..
* En la clase hay que hablar español.
Tener que + werkwoord:
* Moeten in persoonlijke vorm.
* Ik, jij, hij, zij, u, wij, jullie, zij moeten of hoeven
* Yo tengo que estudiar mucho.
Deber + werkwoord
* Raad of advies
* Moeten/ behoren
* Si tienes sueño, debes dormir más.