1.5 woorden

Welkom in deze les!




Pak je leesboek      Leg je                                                     spullen klaar





Geen telefoon         IPad dicht
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom in deze les!




Pak je leesboek      Leg je                                                     spullen klaar





Geen telefoon         IPad dicht

Slide 1 - Tekstslide

we starten met stillezen
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Doelen
Ik kan twintig nieuwe woorden op de juiste manier gebruiken.
Ik weet wat voorvoegsels en achtervoegsels zijn.

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een voorvoegsel?

Slide 4 - Open vraag

een voorvoegsel is
Losse woorden in de allerkortste vorm noemen we een grondwoord.

Voorvoegsels kun je voor een grondwoord plakken.
Ze kunnen dus niet zelfstandig voorkomen.


Slide 5 - Tekstslide

Typ een woord met een voorvoegsel. Maak het voorvoegsel dikgedruk en onderstreep het grondwoord.

Slide 6 - Open vraag

voorbeelden

voorbeelden van voorvoegsels

a-: asociaal 
on-: ongeluk

ont-: ontbossen  
her-:herexamen 
in-: incompetent 




wan-: wanhoop

 

Slide 7 - Tekstslide

Wat is een achtervoegsel?

Slide 8 - Open vraag

een achtervoegsel is
 Achtervoegsels plak je achter een grondwoord
 Achtervoegsels zijn zelf geen losse woorden

Slide 9 - Tekstslide

Typ een woord met een achtervoegsel. Maak het achtervoegsel dikgedruk en onderstreep het grondwoord.

Slide 10 - Open vraag

voorbeelden
voorbeelden van achtervoegsels;

-baar: draagbaar 
-loos: sprakeloos
-achtig: schaapachtig 

Slide 11 - Tekstslide

Doelen
Ik kan twintig nieuwe woorden op de juiste manier gebruiken.                    (zijn we mee bezig)
Ik weet wat voorvoegsels en achtervoegsels zijn.
              (dat moet je vast nog even oefenen)

Slide 12 - Tekstslide

Huiswerk om je doelen te bereiken.
1.5 opdracht 16,18,19,22

Klaar? Ga verder met het maken van je zinnen bij de woorden
              van 1.5.
              Ga lezen in je leesboek voor de boekopdracht.
Vragen? Daar ben ik voor, dus stel ze gerust!



Slide 13 - Tekstslide