In het spookhuis worden hun pupillen klein. Hoe heet deze reactie?
Slide 4 - Open vraag
A
2
B
4
C
6
D
7
Slide 5 - Quizvraag
In het spookhuis voelen ze plotseling een ijskoude draad over hun lijf gaan. De meiden gillen van angst. Met welke twee zintuigen nemen ze de ijskoude draad waar?
Slide 6 - Open vraag
Als je vanuit een kelder naar buiten in de zon stapt, wat gebeurt er dan met de pupil?
A
Hij wordt groter, zodat er meer licht op je netvlies valt.
B
Hij wordt groter, zodat er minder licht op je netvlies valt.
C
Hij wordt kleiner, zodat er meer licht op je netvlies valt.
D
Hij wordt kleiner, zodat er minder licht op je netvlies valt.
Slide 7 - Quizvraag
Welk product uit de huid houdt de hoornlaag soepel?
Slide 8 - Open vraag
Barbara heeft bruine ogen. Dat komt doordat haar pupillen bruingekleurd zijn.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 9 - Quizvraag
Door glucagon wordt de bloedsuikerspiegel
A
Hoger
B
Lager
Slide 10 - Quizvraag
Waar worden de hormonen gemaakt die de bloedsuikerspiegel regelen?
Slide 11 - Open vraag
De buis van Eustachius verbindt de trommelholte met de keelholte.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 12 - Quizvraag
Enkele delen van een oog zijn het harde oogvlies, de iris, het netvlies en de pupil. Als je iemand aankijkt, wel deel kunt je dan niet zien?
A
De iris.
B
De pupil.
C
Het harde oogvlies.
D
Het netvlies.
Slide 13 - Quizvraag
Henk neemt een tatoeage. In welke laag van de huid moet de tatoeage aangebracht worden om te blijven zitten?
A
In de hoornlaag
B
In de kiemlaag
C
In de lederhuid
D
In het onderhuidse bindweefsel
Slide 14 - Quizvraag
Welk hormoon wordt er gemaakt bij een te hoge bloedsuikerspiegel?
Slide 15 - Open vraag
In een oor kunnen geluidstrillingen door onder andere de gehoorbeentjes, de gehoorgang en het trommelvlies gaan. Wat is de juiste volgorde van deze delen, van buiten het oor naar binnen?
A
Gehoorbeentjes – gehoorgang – trommelvlies
B
Gehoorgang – gehoorbeentjes – trommelvlies
C
Gehoorgang – trommelvlies – gehoorbeentjes
D
Trommelvlies – gehoorgang – gehoorbeentjes
Slide 16 - Quizvraag
Zet in de juiste volgorde.
1.
2.
3.
4.
Een impuls gaat naar de hersenen.
Een lage temperatuur bereikt de koudezintuigen.
Het meisje neemt waar dat het water koud is.
Koudezintuigen zetten prikkels om in impulsen
Slide 17 - Sleepvraag
Welk hormoon wordt er gemaakt bij een te lage bloedsuikerspiegel?
Slide 18 - Open vraag
Hoe heet onderdeel 12?
Slide 19 - Open vraag
Hoe heet onderdeel 9?
Slide 20 - Open vraag
Hoe heet onderdeel 6?
Slide 21 - Open vraag
Hoe heet onderdeel 9?
Slide 22 - Open vraag
Welk deel van het oog zorgt ervoor dat er impulsen naar de hersenen worden gestuurd, zodat je kunt zien?
A
Het hoornvlies
B
De iris
C
Het netvlies
D
Het vaatvlies
Slide 23 - Quizvraag
Hoe heet onderdeel 1?
Slide 24 - Open vraag
In de afbeelding is een doorsnede van de huid en van het onderhuidse bindweefsel schematisch getekend. Met welk nummer is een zweetklier aangegeven?
Slide 25 - Open vraag
In de afbeelding is een doorsnede van de huid en van het onderhuidse bindweefsel schematisch getekend. Met welk nummer is de kiemlaag aangegeven?