Functiewoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Vandaag:

H. 17 Functiewoorden

Je leert wat functiewoorden zijn en hoe ze je helpen om de structuur van een tekst te herkennen. 

Inleiding: Schrijver probeert je nieuwsgierig te maken, zodat je verder gaat lezen. 

Kern: Hier bespreekt de schrijver het onderwerp van de tekst. 

Slot: Conclusie, samenvatting, advies (of een combinatie). 

En daarom raad ik iedereen aan om meer televisie te kijken.

1. inleiding
2. kern
3. slot

Televisie kijken biedt bovendien veel ontspanning.

1. inleiding
2. kern
3. slot

Het is duidelijk: televisie kijken is de beste invulling van je vrije tijd.

1. inleiding
2. kern
3. slot

Veel mensen zullen het gevoel herkennen: zo veel kanalen en toch zo weinig leuke programma's op tv.

1. inleiding
2. kern
3. slot

Functiewoorden: functie van tekstdeel/alinea. De schrijver vertelt wat je kan verwachten. 

Aanleiding, voorbeeld, afweging, anekdote, argument, constatering, definitie, gevolg, nuancering, oplossing en verklaring. 

Je mag alleen fluisterend overleggen met diegene naast je. 

Maak opdracht 1 en 2 (blz. 71).

Welke talen spreek je?

1. Lees mee met de tekst op blz. 72. 

2. Maak opdracht 6 en 7 (blz. 73). 

Overleg alleen fluisterend met diegene naast je. 

Eerder klaar? Maak opdracht 8