24/25 4.4 Schakelingen 2B

Xena
Belinay
Dilara
Jimi
Romy
Suzanna
Latoya
Edina
Alisha
Ela
Demirhan
Dursun
       bord       en         docent
Pak je spullen. Met de absentie
controleer ik ook of je je spullen hebt.
Ligt het niet klaar = MV
Sadejah
Gilano
Rahaf
Tuana
Maksim
Baran
Welkom 2A!
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Xena
Belinay
Dilara
Jimi
Romy
Suzanna
Latoya
Edina
Alisha
Ela
Demirhan
Dursun
       bord       en         docent
Pak je spullen. Met de absentie
controleer ik ook of je je spullen hebt.
Ligt het niet klaar = MV
Sadejah
Gilano
Rahaf
Tuana
Maksim
Baran
Welkom 2A!

Slide 1 - Tekstslide

Elektriciteit
1. Batterijen 
2. Spanningsbronnen
3. De stroomkring
4. Schakelingen
5. Vermogen en energie
6. Veiligheid

Slide 2 - Tekstslide

Vandaag
  • Absentie
  • Voorkennis ophalen
  • Doel van de les
  • Uitleg 
  • Opdrachten
  • Nakijken
  • Doel van de les en afsluiting

Slide 3 - Tekstslide

Doel van de les
  • Je kunt beschrijven in welke richting de elektrische stroom door een stroomkring loopt.
  • Je kunt het verschil uitleggen tussen een gesloten stroomkring en een onderbroken stroomkring.
  • Je kunt uitleggen wat geleiders en isolatoren zijn, en voorbeelden geven
  • Je kunt uitleggen hoe je met een schakelaar een stroomkring kunt
  • onderbreken en sluiten.
  • Je kunt uitleggen wat een schakelschema is en de belangrijkste symbolen toepassen

Slide 4 - Tekstslide

Je kunt beschrijven in welke richting de elektrische stroom door een stroomkring loopt

Stroom gaat van + naar - .

Als de kring dicht is, noem je
dat een gesloten stroomkring. 
+
-

Slide 5 - Tekstslide

Een schakelaar zorgt voor een open/gesloten stroomkring

Slide 6 - Tekstslide

Je kunt uitleggen wat geleiders en isolatoren zijn, en voorbeelden geven.
Geleiders: Metalen, ze geleiden de stroom. 
Isolatoren: hout plastic, glas, papier, rubber. Ze houden de stroom tegen. 

Slide 7 - Tekstslide

Je kunt uitleggen hoe je met een schakelaar een stroomkring kunt onderbreken en sluiten.
Zo werkt een schakelaar:

Slide 8 - Tekstslide

Je kunt uitleggen wat een schakelschema is en de belangrijkste symbolen toepassen
Schakelschema
  • Batterij
  • Lampje
  • Schakelaar
  • snoeren

Slide 9 - Tekstslide

Wat weet je nog over een schakeling?

Slide 10 - Open vraag

Welk symbool is dit:
A
lamp
B
batterij
C
schakelaar open
D
schakelaar gesloten

Slide 11 - Quizvraag

Welk symbool is dit:
A
lamp
B
batterij
C
schakelaar open
D
schakelaar gesloten

Slide 12 - Quizvraag

Welk symbool is dit:
A
lamp
B
batterij
C
schakelaar open
D
schakelaar gesloten

Slide 13 - Quizvraag

blz 219 - 228
opdr 1 - 16

Slide 14 - Tekstslide

Doel van de les
  • Je kunt uitleggen hoe je lampen en andere apparaten in serie schakelt.
  • Je kunt uitleggen waarom in een serieschakeling van lampen de stroomkring onderbroken is als er één lamp kapot is.
  • Je kunt uitleggen waarom in een parallelschakeling apparaten apart aan en uitgezet kunnen worden.
  • Je kunt beschrijven waarom een parallelschakeling twee of meer
  • stroomkringen heeft.

Slide 15 - Tekstslide

Je kunt uitleggen hoe je lampen en andere apparaten in serie schakelt.

Slide 16 - Tekstslide

Je kunt uitleggen waarom in een serieschakeling van lampen de stroomkring onderbroken is als er één lamp kapot is.

Slide 17 - Tekstslide

Je kunt uitleggen waarom in een serieschakeling van lampen de stroomkring onderbroken is als er één lamp kapot is.

Slide 18 - Open vraag

Je kunt uitleggen waarom in een parallelschakeling apparaten apart aan en uitgezet kunnen worden.

Slide 19 - Tekstslide

Je kunt beschrijven waarom een parallelschakeling twee of meer stroomkringen heeft.
Elke kleur is een andere stroomkring. 

Slide 20 - Tekstslide

Welke lampjes
gaan uit?
1
2
3
4
5

Slide 21 - Open vraag

Aan de slag!

Maak opdracht 1 t/m 10 (blz  231 t/m 237)

Laatste 5 minuten afsluiten

Slide 22 - Tekstslide


A
Parallel schakeling
B
Serie schakeling

Slide 23 - Quizvraag


A
Parallel schakeling
B
Serie schakeling

Slide 24 - Quizvraag


A
Parallel schakeling
B
Serie schakeling

Slide 25 - Quizvraag


A
Parallel schakeling
B
Serie schakeling

Slide 26 - Quizvraag


A
Parallel schakeling
B
Serie schakeling

Slide 27 - Quizvraag


A
Parallel schakeling
B
Serie schakeling

Slide 28 - Quizvraag

Doel van de les
  • Je kunt uitleggen hoe je lampen en andere apparaten in serie schakelt.
  • Je kunt uitleggen waarom in een serieschakeling van lampen de stroomkring onderbroken is als er één lamp kapot is.
  • Je kunt uitleggen waarom in een parallelschakeling apparaten apart aan en uitgezet kunnen worden.
  • Je kunt beschrijven waarom een parallelschakeling twee of meer stroomkringen heeft.

Slide 29 - Tekstslide