Spreken, kijken, luisteren 1.7, les 1

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Gesprekken voeren

GESPREKSREGELS 

DOEL

Je kunt de verschillende gespreksregels benoemen

Je weet het verschil tussen open en gesloten vragen

Welke gespreksregels ken je?

fragment: goed / fout

Noem 3 dingen die goed gingen in deze gesprekken.

 EN

Noem 3 dingen die beter kunnen.

Wat ging goed/kan beter?

gespreksregels

• spreek duidelijk en niet te snel
• ga in op wat de ander zegt
• wissel open en gesloten vragen af
• Vraag door als een antwoord onduidelijk is of als je nog meer wilt weten.
• laat de ander uitspreken, praat niet door elkaar
• Geef de ander ruimte om te spreken, praat zelf niet de hele tijd

Open / Gesloten

Open vragen:

vragen waarmee je iemand vraagt om uitgebreider antwoord te geven: Wat vind jij van het idee? Hoe ga je dat doen?

Gesloten vragen:

vragen die alleen met ja of nee beantwoord kunnen worden.

Lichaamstaal

Kijk de ander aan als je met hem praat

Laat merken dat je met de ander wilt praten, zit actief, niet onderuitgezakt en laat merken dat je luistert.

Aan de slag

Magazine 2F/3F: 

Deelnemen aan een discussie, overleg

afsluiting

Wie kent de gespreksregels al?

Huiswerk is afmaken opdracht 3,4,6 en 7 ( blz. 37 en 38)