1. Verander de zin van getal.
2. Zet de zin in een andere tijd.
Hij heeft nooit ... (geloven) dat ik dat durf.
1. De jongens hebben nooit geloofd dat ik dat durf.
2. Hij heeft nooit geloofde niet dat ik dat niet durf.*
2. Hij had nooit geloofde niet dat ik dat niet durf.*