pannenkoeken

pannenkoeken
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
horecaPraktijkonderwijsLeerjaar 1-3

In deze les zitten 25 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

pannenkoeken

Slide 1 - Tekstslide

theorie
bloem, melk, ei
beslag moet glad zijn = zonder klontjes


pannenkoek         poffertjes             american pancake    flensjes

Slide 2 - Tekstslide

vaktaal
weegschaal = (vast te pakken) producten af te wegen
Snufje = hoeveelheid wat je tussen duim en wijsvinger kan vasthouden
bolzeef = zeef met bolle kant
Garde = om mee te roeren
Smelten= wordt vloeibaar



Slide 3 - Tekstslide

Voorbereiding
We gaan 3 kleine pannenkoeken maken. 
Kijk goed welke spullen je nodig hebt.
Volg de stappen om de pannekoeken te maken.

Slide 4 - Tekstslide

Extra: appel, rozijnen, spek, kaas of?

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Wat doe je voordat je begint?

Bij langer haar - bind het vast
Neem een schort en trek die aan
Was je handen met zeep en droog ze goed af

Slide 8 - Tekstslide

stap 1
Zeef de bloem en zout in de kom.

Slide 9 - Tekstslide

stap 2
Voeg de helft( ½) van de melk toe.

Slide 10 - Tekstslide

stap 3
Roer het beslag glad (geen klontjes)

Slide 11 - Tekstslide

stap 4
Doe de eieren in het beslag en roer door.

Slide 12 - Tekstslide

stap 5
Voeg de rest van de melk toe (1/2) en doe het in de maatbeker.

Slide 13 - Tekstslide

Iets extra's toevoegen
Je kunt allerlei dingen toevoegen aan je beslag
- Rozijnen
- Appel
- Spek

Slide 14 - Tekstslide

stap 6
Zet de koekenpan op laag vuur. Doe een stukje boter in de pan. Smelt deze.

Slide 15 - Tekstslide

stap 7
Schenk het beslag in de koekenpan tot de bodem bedekt is.

Slide 16 - Tekstslide

stap 8
Bak de pannenkoek tot de bovenkant droog is.

Slide 17 - Tekstslide

stap 9
Draai de pannenkoek om.

Slide 18 - Tekstslide

stap 10
Laat de pannenkoek op het bord glijden.

Slide 19 - Tekstslide

Eet smakelijk!!!!

Slide 20 - Tekstslide

Afronden
Na het koken ga je je spullen schoonmaken en opruimen. 

Je zorgt dat de ruimte weer netjes wordt.

Slide 21 - Tekstslide

stap 1
Afwassen en afdrogen van het gebruikte materiaal

Slide 22 - Tekstslide

stap 2
maak je werkblad schoon

Slide 23 - Tekstslide

stap 3
Maak het fornuis schoon

Slide 24 - Tekstslide

stap 4
veeg en/of dweil de vloer. 

Slide 25 - Tekstslide