4.4 spieren

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

4.4 spieren

Deze les

Herhaling lesstof voor de vakantie

Uitleg 4.4 spieren

Zelfstandig werken

Afsluiting

Herhaling vorige lessen

Wij zijn een gewerveld dier met een inwendig skelet

Een ander woord voor skelet is geraamte

De mens bestaat uit 206 botten

Een ander woord voor botten is beenderen

Klik op het sterretje om de botten te oefenen. De botten van de hand mag je overslaan 

SKELET

https://biologiepagina.nl/1/Stevigheidbeweging/Oefenenskelet/oefenenskelet.htm

Schedel

De botten van je hoofd zijn samen de schedel

Bij de schedel horen de schedelbeenderen, bovenkaak en onderkaak

De ellepijp ligt aan de kan van de pink

Botten van het been

Functies skelet:

bescherming

Vorm

stevigheid

beweging mogelijk maken

De bouw van botten

Botten bestaan uit kalkzouten en lijmstoffen

• Kalkzouten geven stevigheid/hardheid
• Lijmstof zorgt voor de buigbaarheid

Hierdoor zijn botten stevig maar 

breken ze niet snel

Beenverbindingen

Bouw van een gewricht

kogelgewricht

scharniergewricht

Rolgewricht

Wat ga je leren

• Waar zitten al je spieren?
• Hoe werkt een spier?
• Hoe buig en strek je je arm?

waar zitten al je spieren?

• spieren zitten onder je huid
• spieren zitten in organen (maag)
• je hart is een spier

Waar heb je spieren voor nodig?

• Bewegen van armen en benen
• Je gezichtsuitdrukking
• Praten en eten
• Je bloedt rondpompen
• Je voedsel door je lichaam verplaatsen

Pezen

Een spier zit met pezen aan botten vast.

De plaats waar een pees aan een bot vastzit, heet de aanhechtingsplaats.

Hoe buig en strek je je arm?

Voor het buigen en strekken van je arm werken de armbuigspier en de armstrekspier samen


Arm buigen: de armbuigspier wordt korter en dikker

Arm strekken: de armbuigspier ontspant zich en wordt uitgerekt

pezen

1

spieren

2

botten

3

Antagonisten

Zelfstandig werken

Lees 4.4

Maak de opdrachten bij 4.4 digitaal