Les 5: De investituurstrijd en de Magna Carta

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 4

Overzicht lessen en vaardigheden

Geschiedenis Periode 2 Deel I:

         Les 1: Overgang Oudheid naar vorege ME Deel I

         Les 2: Overgang Oudheid naar vroege ME Deel II (toets analyse)

         Les 3: De rol van de kerk (investituurstrijd)

         Les 4: Kruistochten

         Les 5: Tussentoets

         Havo: HS2     Vwo: HS3.1/3,2/3.3& HS4

Leerdoelen: 

1: Waarom waren en Kruistochten en met welke gevolgen

2: Wat is de waarde van de Magna Carta

Kenmerkende Aspecten

• 9: De verspreiding van het christendom in geheel Europa
  
• 10: Het ontstaan en de verspreiding van de islam
  
• 11: De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd via hofstelsel en horigheid
  
• 12: Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur

KA Late Middeleeuwen

• 13: De opkomst van handel en ambacht die de basis legde voor het herleven van een agrarisch-urbane samenleving
  
• 14: De opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden
• 15: Het conflict in de christelijke wereld over de vraag of de wereldlijke dan wel de geestelijke macht het primaat behoorde te hebben
  
• 16: De expansie van de christelijke wereld naar buiten toe, onder andere in de vorm van de kruistochten
  

Welke bewering over de Investituurstrijd is juist?

1. De investituurstrijd begon toen de Duitse koning wilde scheiden van zijn vrouw en de paus geen toestemming gaf.
2. De investituurstrijd ging over de vraag wie de Duitse bisschoppen mocht benoemen: de paus of de Duitse koning.
3. De investituurstrijd werd gewonnen door de Duitse koning, die de steun had van de machtige Duitse keurvorsten.
4. De investituurstrijd had tot gevolg dat Duitsland een eenheidsstaat werd, met een machtige koning aan het hoofd.

Twee uitspraken:
I De wereldlijke macht is onder andere in handen van keizers, koningen, graven en hertogen.
II De geestelijke macht is onder andere in handen van de paus en de bisschoppen.

1. alleen I is juist
2. alleen II is juist
3. beide zijn onjuist
4. I en II zijn juist

Oefenvraag Tussentoets

Deze opdracht maak je alleen.

Je maakt hem zoals je dit tijdens een toets ook zou opschrijven

We bespreken de antwoorden achteraf

We checken de gegeven antwoorden met het correctiemodel

Correctiemodel

Kern van een juist antwoord is: 

• De paus kan de boodschap overbrengen dat de geestelijke macht binnen de christelijke wereld het primaat heeft / dat zijn gezag hoger is dan dat van een koning / dat koningen de vrijheden van de kerk moeten respecteren 1 

• Door deze oorkonde uit te vaardigen laat Stephen zien dat hij de steun van de paus heeft (in zijn strijd om de macht) 1

"God wil het!"

Kruistochten

1095

Paus Urbanus II roept bevolking van Europa op tot een heilige oorlog tegen de moslims, een kruistocht

De Paus heeft daarbij 2 doelen:

1. bevrijden van het Heilige Land van de moslims
   
2. herstellen van zijn eigen macht in Oosterse Kerk
   

Tekstboek

Bladzijde 51 Havo

Bladzijde 110 Vwo

Klassikaal doornemen context strijd om Jeruzalem

Oefenen d.m.v. opdrachten

Opdrachten

H:  Opdr: 1,2,5&9 blz 57      

V:   Opdr: 1,2,4&9 blz 104  

                                          

Hoe: Overleggen prima!

Antwoorden bespreken we random een paar van tijdens de les!