Module 11 - Bloedsomloop 2

Welkom!
Telefoons in de zak
jassen uit
tassen van tafel
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare school

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!
Telefoons in de zak
jassen uit
tassen van tafel

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik naar gisteren
Bloedsomlopen
namen van bloedvaten

Slide 2 - Tekstslide

Vandaag:
Theorie
Bloedsomlopen oefenen
Toets bespreken

Slide 3 - Tekstslide

Uitzonderingen bloedvaten
Holle ader: Transporteert bloed naar je rechterharthelft
Aorta: de slagader die bloed van je hart naar de andere slagaders vervoert
Halsader/slagader: Vervoert bloed vanaf de aorta, en naar de holle ader
Poortader: vervoert bloed van de dunne darm naar de lever (voedingstoffen)

Slide 4 - Tekstslide

  • Lymfestelsel vervoert de lymfe
  • Lymfeknopen zuiveren lymfe
  • Borstbuis/lymfestam brengen lymfe terug naar holle ader
Lymfestelsel

Slide 5 - Tekstslide

Volumestroom & stroomsnelheid
Je kan berekenen hoeveel bloed door een bloedvat stroomt met de formule:

Volumestroom (Q) = doorsnede van de buis (A) x de snelheid van het bloed (v)
Q = A x v

Slide 6 - Tekstslide

Q = A x v

Wat zijn de grootheden in de fomule?
Wat zijn de eenheden?
Volumestroom (Q) = m3/s
Doorsnede van de ader (A) = m2
De snelheid van het bloed (v)= m/s

Slide 7 - Tekstslide

Transport door cellen
Porie-eiwit:  Passief transport = kost geen energie
Transporter-eiwit: Actief transport = kost energie

Slide 8 - Tekstslide

Opdrachten
43, 46, (48 ah), 51

Slide 9 - Tekstslide

Aantekeningen B4
Transport door het lichaam
mensen (gewervelde dieren) hebben een gesloten bloedsomloop met drie soorten bloedvaten:
 - slagaders vervoeren bloed van het hart naar de organen (hoge druk, stevige wand)
- aders vervoeren bloed van de organen naar het hart (lage druk, slappe wand, kleppen)
- haarvaten vervoeren bloed rond de organen (hele lage druk, wand is 1 cel dik)

in de haarvaten kunnen water, witte bloedcellen, voedingsstoffen en zuurstof de bloedsomloop uit. Koolstofdioxide en afvalstoffen worden weer opgenomen.

amfibieën, reptielen, vogels en zoogdieren hebben een dubbele bloedsomloop:
kleine bloedsomloop: hart => longen => hart
grote bloedsomloop: hart => organen => hart

In de longen vindt gaswisseling plaats. Koolstofdioxide wordt afgegeven en zuurstof wordt opgenomen in de bloedsomloop. 

Slide 10 - Tekstslide

Oefenen met bloedsomlopen

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht Bloedsomloop

In deze opdracht is het de bedoeling dat je de verschillende bloedsomlopen tekent.
- Als je een hartje krijgt, teken je een enkele bloedsomloop.
Laat controleren. Dan krijg je nog een snoepje.
- Als je je tweede hartje krijgt, teken je een dubbele bloedsomloop.
Klaar? Laat controleren en

Slide 12 - Tekstslide