M&O - Week 5 Leefbaarheid en armoede les 3+4

M&O - Leefbaarheid en Armoede
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

M&O - Leefbaarheid en Armoede

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning
Leerdoelen
Werken aan portfolio (waar doen ze het van). Blz 10 & 14
Inkomsten en uitgaven
Opdracht inkomsten en uitgaven


Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • De leerlingen kunnen kijken naar hun eigen inkomsten en uitgaven en hier een overzicht van maken









Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Hoeveel geld heb jij per maand te besteden?

Slide 5 - Open vraag

Waar geef jij het meeste geld aan uit?

Slide 6 - Open vraag

Geef jij wel eens teveel geld uit?
Nee nooit
Soms
Best wel vaak

Slide 7 - Poll


Spaar je ook?
Nee, ik geef iedere maand (bijna) alles uit.
Ik spaar een deel, de rest geef ik uit.
Ik spaar bijna alles. Ik koop eigenlijk heel weinig.

Slide 8 - Poll

  • Maak een overzicht van al je inkomsten
  • per maand (bijv. zakgeld, klusjes etc.).
  • Hoeveel geef je iedere maand uit per categorie (eten/drinken, sport, telefoon, andere abonnementen, kleding, uitgaan).
  • Hoeveel houd je over of kom je tekort per maand?

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Armoede grens
De nieuwe armoedegrens
Als er na het betalen van de vaste lasten (wonen, energie en zorg) te weinig geld overblijft voor andere basisbehoeften, dan is een huishouden arm. Waar de armoedegrens voor een huishouden ligt, is afhankelijk van het soort huishouden. Hoe meer mensen, hoe meer er nodig is voor de minimale levensbehoeften. Op basis van de nieuwe methode is de armoedegrens in 2023:

Slide 11 - Tekstslide

Armoede grens
Voor een alleenstaande: € 1.510 netto per maand, bij een huur van € 590 en energielasten van € 145.
Voor een paar met twee kinderen tot en met 12 jaar: € 2.535 netto per maand.
Voor een tweeoudergezin met twee puberkinderen: € 2.910 netto per maand.
Voor een eenoudergezin met twee pubers: € 2.500 netto per maand.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

kansenongelijkheid 
Je hebt niet dezelfde mogelijkheden als anderen omdat er minder geld te besteden is 


Kunnen jullie voorbeelden noemen? 

Slide 14 - Tekstslide

welke doet de overheid?
  • invloed op minimumlonen
  • uitkeringen
  • belastingregelingen (kostendelersnorm) 
  • toeslagen (zorg, huur, kinderopvang) 
  • schuldhulpverlening

Slide 15 - Tekstslide

Wat als het mis gaat?
schulden; je kunt je vaste lasten niet meer betalen 

schuldsanering; de overheid betaalt schulden, je krijgt leefgeld

gedwongen verkoop van je huis 

uit je huurhuis gezet worden

Slide 16 - Tekstslide

Wat zou jij kunnen doen?

Slide 17 - Open vraag