H3: weglatingsstreepje en koppelteken

Spelling
weglatingsstreepje en koppelteken
moeilijke woorden

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Spelling
weglatingsstreepje en koppelteken
moeilijke woorden

Slide 1 - Tekstslide

Doelen:

Ik weet wanneer ik een weglatingsstreepje moet gebruiken


Ik weet wanneer ik een koppelteken moet gebruiken



Slide 2 - Tekstslide

Wat valt je op aan volgende zinnen?
Dinsdagavond en woensdagavond ga ik sporten.

Fietsvakanties, werkvakanties en taalvakanties zijn best populair. 

Ik heb posters van filmhelden en filmpersonages op mijn kamer.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

 Een filmpje!

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Link

Noteer het weglatingsstreepje op de juiste plek:

wielerwedstrijden en hardloopwedstrijden

Slide 7 - Open vraag

Nog eens:
wiellengte of neuslengte

Slide 8 - Open vraag

Wat is goed?
A
Rode en - witte rozen
B
Rode - en witte rozen
C
Rode en witte rozen
D
Rode rozen en witte rozen

Slide 9 - Quizvraag

Waar is het koppelteken juist gebruikt?
A
minijurk
B
mini-jurk
C
mi-nijurk

Slide 10 - Quizvraag

Waar is het koppelteken juist gebruikt?
A
BMIwaarden
B
BMI-waarden

Slide 11 - Quizvraag

Wat is juist?
A
audio-visueel
B
audiovisueel

Slide 12 - Quizvraag

Waar is het koppelteken juist gebruikt?
A
14 jarigen
B
14-jarigen
C
veertienjarigen
D
veertien-jarigen

Slide 13 - Quizvraag

Wat is juist?
A
Singersongwriter
B
Singersong-writer
C
Singer- songwriter
D
Singer-songwriter

Slide 14 - Quizvraag

Wat is juist?
A
ex-roker
B
ex roker
C
exroker
D
ëxroker

Slide 15 - Quizvraag

Schrijf dit goed op
Doe het zelf zaak

Slide 16 - Open vraag

Wat is juist?
A
mee-ëten
B
mee-eten
C
meeëten
D
meëeten

Slide 17 - Quizvraag

Wat is juist?
A
politieacademie
B
politie-academie

Slide 18 - Quizvraag

Wat is juist?
A
rijexamen
B
rij-examen

Slide 19 - Quizvraag

liggend streepje - weglatingsteken
Zet een streepje op de plek waar een deel van een woord is weggelaten:
  • inpakken en uitpakken --> in- en uitpakken
  • huisvaders en huismoeders --> huisvaders en -moeders
  • korte broeken en lange broeken --> korte en lange broeken
  • eikenbomen en slagbomen -->  eikenbomen en slagbomen

Slide 20 - Tekstslide

Theorie (koppelteken)
Koppeltekens gebruiken we:
*om leesfouten te vermijden:
zo-even, stage-uren, radio-omroep, na-apen
* in aardrijkskundige namen met een extra toevoeging:
Noord-Brabant, Zuid-Amerika, Midden-Nederland
*bij cijfers, letters , andere tekens, afkortingen en St of Sint:
  -teken, vmbo-leerling, 70-jarige, tbs-kliniek, Sint-Janskerk

Slide 21 - Tekstslide

Geef aan welke woorden een trema nodig hebben, welke een koppelteken en welke correct gespeld zijn.
Correct gespeld
Trema nodig
Koppelteken nodig
financieel
antiallergisch
skiongeluk
dietiste
melodieen
preislamitisch
geupload

Slide 22 - Sleepvraag

Opdrachten maken

Slide 23 - Tekstslide