5.2 Verschillende soorten media

Even herhalen!
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Even herhalen!

Slide 1 - Tekstslide

Wat is verbale communicatie?
A
Communicatie met woorden
B
Communicatie met handgebaren
C
Communicatie met oogcontact
D
Communicatie met lichaamstaal

Slide 2 - Quizvraag

Een voorbeelden van non-verbale communicatie is:
A
kletsen
B
zwaaien
C
email schrijven
D
appje beantwoorden

Slide 3 - Quizvraag

Wat is communicatie?pööö
A
Het doorgeven van informatie
B
Het doorgeven en ontvangen van informatie

Slide 4 - Quizvraag

5.2 verschillende soorten media 

Slide 5 - Tekstslide

Wat zijn de media?
  • ​Kranten en tijdschriften
  • Televisie en Radio ​
  • internet

Slide 6 - Tekstslide

aanslag op koninginnedag 2009

Slide 7 - Tekstslide

Populaire kranten
Kwaliteitskranten
Wie leest ze?
(doelgroep)
Wat staat erin?
Kranten
Opmaak
  • alle lagen van de bevolking
  • hogere sociale klassen         (mensen met een hoge opleiding en hoog inkomen)
  • nadruk op sensationeel nieuws, sport, criminaliteit en shownieuws. 
  • uitgebreide achtergrondinformatie, politiek en economisch nieuws. 
  • AD
  • Telegraaf

  • Trouw
  • Volkskrant
  • NRC (Handelsblad)
  • Grote foto’s, koppen met grote letters boven een artikel, sensationeel nieuws, gemakkelijker taalgebruik  
  • ‘Saaie’ opmaak, minder foto’s, meer tekst, serieus, ingewikkelder taalgebruik. 

Slide 8 - Tekstslide

Kranten en tijdschriften
  • Kranten verschijnen dagelijks. Tijdschriften per week of maand.
  • De Krant is voor het dagelijkse nieuws. Een tijdschrift gaat vaak over één thema.

Slide 9 - Tekstslide

  TIJDSCHRIFTEN
   ... Worden gemaakt voor een doelgroep
   ... Verschijnen niet elke dag

Slide 10 - Tekstslide

Televisie 
Televisie wordt uitgezonden door omroepen.
Omroepen: organisaties die via de radio en televisie informatie uitzenden naar een groot publiek. 
Er zijn Publieke en Commerciële omroepen

Slide 11 - Tekstslide


Commerciële omroep:

  • Doel: geld verdienen
  • Verkopen zendtijd aan bedrijven
  • Zenden reclame uit  tijdens de programma's
  • Letten vooral op de kijkcijfers 

Slide 12 - Tekstslide

SBS Broadcasting
SBS 6
SBS 9
NET 5
Veronica
RTL Group
RTL 4
RTL 5
RTL 7
RTL 8
RTL Z

Slide 13 - Tekstslide


Publieke omroepen

  • NPO 1, 2 en 3
  • Moeten zich houden aan de Mediawet
  • Betaald uit reclameopbrengsten en belastinggeld (van de overheid)
  • Ze moeten een pluriform aanbod hebben: voor ieder wat wils. 


Slide 14 - Tekstslide

MEDIAWET
Wat staat er in de MEDIAWET?

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Tekstslide


On demand

  • Op verzoek/ op aanvraag
  • Meestal weinig tot geen reclame
  • Waarom zouden mensen nog tv kijken als je het ook via internet kunt kijken wanneer het jou uitkomt?



Slide 18 - Tekstslide

Kranten die uit zijn op sensatie en grote letters gebruiken noemen we...
A
Populaire kranten
B
Kwaliteitskranten

Slide 19 - Quizvraag

De Telegraaf is een voorbeeld
van een ... krant
A
Kwaliteitskranten
B
Populaire kranten

Slide 20 - Quizvraag

De Volkskrant is een
A
kwaliteitskrant
B
opinietijdschrift
C
populaire krant
D
nieuwstijdschrift

Slide 21 - Quizvraag

Welke omroep wordt betaald door de overheid?
A
Publieke omroep
B
Commerciële omroep

Slide 22 - Quizvraag

Welke omroep hoort er NIET bij?
A
B
C
D

Slide 23 - Quizvraag

In de Mediawet staat dat publieke omroepen geen reclamebreak mogen hebben tijdens een programma hebben
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quizvraag

SBS 6 is een:
A
Betaal zender
B
Commerciele zender
C
Publieke omroep
D
Nieuws aflevering

Slide 25 - Quizvraag