H3,7 Formules en naamgeving

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat is het symbool van...
Jullie krijgen 3 namen te zien en moeten binnen 10 seconden het juiste symbool aangeven

Slide 2 - Tekstslide

Koper
A
C
B
Cu
C
K
D
CU

Slide 3 - Quizvraag

Stikstof
A
S
B
Ni
C
N
D
Si

Slide 4 - Quizvraag

Waterstof
A
H
B
W
C
He
D
O

Slide 5 - Quizvraag

Wat is de naam van...
Jullie krijgen 3 symbolen te zien en moeten binnen 10 seconden de juiste naam aangeven

Slide 6 - Tekstslide

K
A
Koolstof
B
Calcium
C
Koper
D
Kalium

Slide 7 - Quizvraag

O
A
Zuurstof
B
Argon
C
Stikstof
D
Chloor

Slide 8 - Quizvraag

F
A
IJzer
B
Fluor
C
Fosfor
D
Zwavel

Slide 9 - Quizvraag

6 H2O (l)
  • H2O = molecuulformule
  • Welke atoomsoorten H & O
  • Hoeveel atomen 2 H-atomen & 1 O-atoom
  • 2 = index=aantal atomen, na het atoomsoort (geen 1)
  • 6 = coëfficiënt (aantal moleculen)

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Wat is dit?
Het is een suikermolecuul

groene bolletjes = koolstofatomen, C
rode bolletjes = zuurstofatomen, O
grijze bolletjes = waterstofatomen, H

molecuulformule: C12H22O11

Slide 12 - Tekstslide

Hoeveel atomen heeft 1 suikermolecuul?
A
3
B
45

Slide 13 - Quizvraag

Wat is symbool/formule van...
Jullie krijgen 3 namen te zien en moeten binnen 10 seconden het juiste symbool of de juiste formule aangeven

Slide 14 - Tekstslide

ammoniak
A
CH4
B
NH3
C
Am
D
HNO3

Slide 15 - Quizvraag

nikkel
A
S
B
Ni
C
N
D
Si

Slide 16 - Quizvraag

propaan
A
CH4
B
C2H6
C
C3H8
D
C4H10

Slide 17 - Quizvraag

Wat is de naam van...
Jullie krijgen 3 symbolen/formules te zien en moeten binnen 10 seconden de juiste naam aangeven

Slide 18 - Tekstslide

Cr
A
Koolstof
B
Goud
C
Koper
D
Chroom

Slide 19 - Quizvraag


H2O2
A
Waterstofperoxide
B
Water
C
Salpeterzuur
D
Waterstofzuurstof

Slide 20 - Quizvraag


H2SO4
A
Salpeterzuur
B
Zoutzuur
C
Zwavelzuur
D
Azijnzuur

Slide 21 - Quizvraag

Niet-ontleedbare stoffen
  • Bestaan maar uit één atoomsoort
  • Kunnen verder niet gesplitst worden in nieuwe stoffen
  • 7 niet-ontleedbare stoffen komen altijd met twee atomen voor, bovenste rijtje blz. 52:
  • Broom, Jood, Stikstof, Chloor, Waterstof, Zuurstof & Fluor

Br2 I2 N2 Cl2 H2 O2 F2

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide