Toets Hoofdstuk 6 K3A Verschillende verbanden

Toets klas 3GL(K) Hoofdstuk 6
Je gaat een (multiple-choice) toets maken. 

Heel veel succes er mee!!




1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Toets klas 3GL(K) Hoofdstuk 6
Je gaat een (multiple-choice) toets maken. 

Heel veel succes er mee!!




Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Welk soort grafiek zie je in deze afbeelding?
A
Lineaire grafiek
B
Parabool
C
Periodieke grafiek
D
Vloeiende kromme

Slide 3 - Quizvraag

Wat is de frequentie per uur?

(tip om je op weg te helpen: 1 periode duurt 40 sec.)

A
90 per uur
B
30 per uur
C
1,5 per uur
D
40 per uur

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de amplitude?
A
0 m
B
30 m
C
20 m
D
15 m

Slide 5 - Quizvraag

De grafiek van y=x² is een ...
A
lineaire vergelijking
B
trapjesgrafiek
C
parabool
D
vloeiende kromme

Slide 6 - Quizvraag

1. y = x² + 4
2. y = -x + 10
A
1 is een bergparabool 2 is een dalparabool
B
1 is een dalparabool 2 is een lineaire grafiek
C
1 is een bergparabool 2 is een lineaire grafiek
D
1 is een lineaire grafiek 2 is een dalparabool

Slide 7 - Quizvraag

Bij welke van onderstaande formules horen bergparabolen?
( tip: je moet twee antwoorden kiezen!)
A
n=5t+3t2
B
n=5t3t2
C
w=3,4t2250
D
w=3,4t2+250

Slide 8 - Quizvraag

Wat zijn a, b en c in de volgende formule:
y=3x27x
A
a= -3, b=-7, c=0
B
a=-3, b=0, c=-7

Slide 9 - Quizvraag

Hoe bereken je de x-top van een parabool?
A
2ab
B
2bc
C
2ac
D
2acb

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de top in de volgende formule?

y=x2+4x+1
A
( 1 ; 4 )
B
( 0,125 ; 2,0625)
C
( -2 ; 1 )
D
( -2 ; -3)

Slide 11 - Quizvraag

Gegeven is de formule : y = -2x² + 9
Wat is te zeggen over de grafiek?

A
dalparabool
B
bergparabool
C
bergparabool
D
dalparabool

Slide 12 - Quizvraag

Hoeveel is y als x = 9

y=5(x)
A
8
B
3
C
15
D
45

Slide 13 - Quizvraag

De inhoud van een bol kun je berekenen met de volgende formule
I = x x r³

I = inhoud in cm
r = straal in cm

De straal van de bol is 8 cm. Bereken de inhoud van de bol in cm³
π
34
A
2244,7 cm³
B
2200 cm³
C
2100 cm³
D
2144,7 cm³

Slide 14 - Quizvraag

Teken de bijhorende grafiek.

Slide 15 - Open vraag

Teken de grafiek die bij de volgende Formule hoort en maak daar een foto van.
hoogte = 300 t .vergeet niet eerst een tabel te maken met stappen van 10

Slide 16 - Open vraag


Slide 17 - Open vraag