hart- en vaatziekten

WAT GAAN WE DOEN?
  • onderwerp: hart- en vaatziekte 
  • casuïstiek samen bespreken
  • kennis testen d.m.v. vragen
  • kennis uitbreiden
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

WAT GAAN WE DOEN?
  • onderwerp: hart- en vaatziekte 
  • casuïstiek samen bespreken
  • kennis testen d.m.v. vragen
  • kennis uitbreiden

Slide 1 - Tekstslide

De heer Jongbloed belt met de praktijk: Hij heeft sinds enkele weken bij inspanning een onaangenaam, pijnlijk gevoel op de borst. Hoe wordt de klacht genoemd?

Slide 2 - Open vraag

de aandoening van de heer Jongbloed heet:
A
hartklopping
B
hartkramp/AP
C
hartinfarct
D
hartritmestoornis

Slide 3 - Quizvraag

Welke vraag kun je stellen om er achter te komen wat de hulpvraag van de heer Jongbloed is?
A
Wat is uw hulpvraag?
B
Wat denkt u wat er aan de hand is?
C
Wat wilt u dat ik voor u doe?
D
Wat zijn precies uw klachten?

Slide 4 - Quizvraag

welke oorzaken ken je
van pijn op de borst?

Slide 5 - Woordweb

Oorzaken POB (pijn op borst)

Spierpijn, hyperventilatie, reflux klachten, 
AP: Agina Pectoris (stabiel/instabiel)
Longembolie, pneumothorax
Hartinfarct (kransslagader afgesloten)
Aneurysma (verwijding aorta)
Pijnlijk kraakbeen tussen het borstbeen en de ribben




Slide 6 - Tekstslide

Welk risico loopt een patiënt die "pijn op de borst" in rust krijgt,
met voorgeschiedenis stabiele AP ?
A
Hartinfarct
B
Aneurysma
C
Longembolie
D
instabiele AP

Slide 7 - Quizvraag

Welke kenmerken
ken je van
vegetatieve
verschijnselen?

Slide 8 - Woordweb

Welke pijn beschrijven patiënten met pijn op de borst mogelijk?
A
stekend
B
drukkend
C
beklemmend
D
snoerend

Slide 9 - Quizvraag

Bert van ’t Huis (29 jaar) heeft een enorme last van zijn been, zegt hij. ‘Gisteren is het begonnen. Onder de knie is mijn rechterbeen dik en rood. Ik was gisteren erg moe, want we kwamen net terug van een vliegvakantie naar de Malediven. Ik heb er dus gisteren geen aandacht aan besteed. Welke urgentie krijgt deze cases?

Slide 10 - Open vraag

Mevrouw de Boer haar man had zojuist veel pijn op de borst en nu heeft hij geen ademhaling meer en de pols is niet meer voelbaar. Wat moet er zo snel mogelijk gebeuren? (klassikaal)

Slide 11 - Tekstslide

Bij pob (cardiaal)
kan de pijn
uitstralen naar:

Slide 12 - Woordweb

Casus; Tachycardieën
Patiënt zegt dat haar hart soms op hol slaat, heeft  stress, geen pijn op borst, pols is regelmatig, niet klam/bleek/misselijk/duizelig, niet kortademig,
patiënt is erg ongerust, wil graag weten of het gevaarlijk is.
(klassikaal) 
WAT IS DE INGANGSKLACHT (in triagewijzer)
WELKE URGENTIE?

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Mevrouw is vanochtend wel naar haar werk gegaan, sinds gisteren pob (pijn: 7), geleidelijk ontstaan, beklemmende pijn, geen uitstraling, beetje zweterig sinds opstaan. Aan welke urgentie denk je?
A
je overlegt met arts en belt ambu
B
ze moet binnen een uur gezien worden door arts
C
je wacht tot haar eind vd ochtend
D
je belt direct de ambu, zonder overleg

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Een patiënt aan telefoon: bekend met hartproblemen en heeft in rust ineens veel pob, uitstraling naar kaak, klam, bleek, 2x nitrospray werkt niet. Wat is de urgentie?
A
binnen een paar uur ECG.
B
binnen half uur arts zien
C
je overlegt direct met arts & regelt ambu.
D
binnen 24 uur arts zien

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

Welke patiëntengroep heeft
bij een hartinfarct mogelijk
nauwelijks pijnklachten?
A
Reuma patiënten
B
Mensen onder de 50 jaar
C
Bejaarden
D
Diabeten

Slide 19 - Quizvraag

Jullie feedback
over deze les
(1 tip en/of 1 top)

Slide 20 - Woordweb

Hyperventilatie adviezen de je kunt geven (of bedenkt zelf andere): 
Probeer met je buik te ademen: leg handen op je buik;
3 seconden inademen en 6 sec. uitademen.
Afleiden; vragen stellen, even rustig met elkaar praten,
kniebuigingen doen, andere oefeningen bedenken,
 een slokje water, voel hoe je voeten de grond raken.
Laat de patiënt een stukje voorlezen, hardop. 
(Vraag of er stress klachten zijn, luister naar de patiënt!)

Slide 21 - Tekstslide