H3 Water - oefentoets

H3.1-3.4 : Water
Oefentoets
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

H3.1-3.4 : Water
Oefentoets

Slide 1 - Tekstslide

Oefentoets H3: Water
Je maakt de oefentoets bij H3 zelfstandig. 
De toets lijkt qua moeilijkheidsgraad op de repetitie die je op school krijgt. 
Let op: in deze toets krijg je meer meerkeuzevragen dan op het SO. Houdt hier rekening mee met het leren. 
 

Slide 2 - Tekstslide

Geef van de stelling aan of deze juist of onjuist is:
IJsmassa's vormen geen onderdeel van de kringloop van het water
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quizvraag

Gebruik de afbeelding.
Welke opmerking is juist?
(druk op afbeelding voor
vergroting)
A
Het kan miljoenen jaren duren voordat de sneeuwvlokken bij M weer in de zee terecht komen
B
Het water dat bij de letter F in de bodem terechtkomt, wordt infiltratiewater genoemd
C
Water in oceanen is grotendeels zoet
D
Grondwater stroomt sneller terug naar zee dan rivierwater

Slide 4 - Quizvraag

Tot de risicogebieden voor overstromingen behoren gebieden aan de voet van gebergten. Dit zijn vooral de gebieden met...
A
een rotsige ondergrond
B
veel water in aquifers
C
weinig nuttige neerslag
D
weinig waterleidingen en pompen

Slide 5 - Quizvraag

Een rivier krijgt vaker te maken met een piekafvoer als in haar stroomgebied...
A
het een gemengde rivier is
B
veel naaldbossen staan
C
veel aan landbouw wordt gedaan
D
veel verstening plaatsvindt

Slide 6 - Quizvraag

Een stuwdam biedt, naast voordelen, ook nadelen. Welk nadeel kan tot een wateroorlog leiden?
A
De aanleg is heel duur, waardoor de belastingen omhoog moeten
B
De aanleg vraagt veel ruimte waardoor veel mensen moeten verhuizen
C
Het land stroomafwaarts krijgt minder water van de rivier
D
Het milieu in het rivierdal wordt door de aanleg van het stuwmeer ernstig aangetast

Slide 7 - Quizvraag

De waterstress neemt wereldwijd toe. Welke factor vormt daar geen verklaring voor?
A
de toename van welvaart
B
de toename van duurzaam waterbeheer
C
de toename van het aantal mensen dat in steden woont
D
de toename van de wereldbevolking

Slide 8 - Quizvraag

Gaat het om vernieuwbaar of niet-vernieuwbaar water:
Het opvangen van regenwater om dit als drinkwater te gebruiken
A
Vernieuwbaar
B
Niet-vernieuwbaar

Slide 9 - Quizvraag

Wat is GEEN oorzaak van waterschaarste?
A
bevolkingsgroei
B
klimaatverandering
C
watertransport
D
verstoring van de natuur

Slide 10 - Quizvraag

Hoe noemen we de neerslag die beschikbaar is voor gebruik?
A
Stijgingsregen
B
Neerslagverdeling
C
Nuttige neerslag
D
Piekafvoer

Slide 11 - Quizvraag

De regeringen van landen kiezen vaak voor de bouw van grote stuwdammen. De lokale bevolking kiest eerder voor de aanleg van kleine dammen. Welk van de onderstaande redenen is een reden waarom de overheid voor grote stuwdammen kiest?
A
Er komt voor de stad hydro-elektriciteit beschikbaar
B
Het geïrrigeerde gebied kan sterk worden uitgebreid
C
Het is goedkoop
D
Er is minder aantasting van het milieu

Slide 12 - Quizvraag

Hieronder zie je rijtjes met woorden. In welk rijtje horen alle begrippen of zinsdelen bij elkaar?
A
Fossiel water - vernieuwbaar water - aquifer
B
Infiltratie - verdamping - nuttige neerslag
C
vernieuwbaar water - duurzaam waterbeheer - watervoorraad blijft op peil
D
toename bestrating - ontbossing - afnemende infiltratie - riolering

Slide 13 - Quizvraag

Geef aan of de stelling juist of onjuist is:
Wanneer het hard regent kan een bron met fossiel water worden aangevuld
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quizvraag

Hoe kan het dat neerslag uit de wolken zoet is?

Slide 15 - Open vraag

Einde oefentoets! 
Bekijk goed op welke onderdelen je nog beter kan scoren en zorg dat je deze nog even goed bestudeerd voor de toets volgende week

Slide 16 - Tekstslide