26 jan - linking words

Linking words
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Linking words

Slide 1 - Tekstslide

Linking words = voegwoorden
Voegwoorden zijn woorden die twee zinnen of zinsdelen met elkaar verbinden.

example
I am going home. I am going to eat pizza.
I am going home and I am going to eat pizza.

Slide 2 - Tekstslide

Verschillende soorten voegwoorden
toevoeging: and (en)
tegenstelling: but (maar)
oorzaak/gevolg: because (omdat;doordat) & so (dus)
volgorde: after (na;nadat), before (voor;voordat)
keuze: or (of)
ontkenning/vergelijking: nor (evenmin)
reden geven: until (totdat)
tegenstelling: yet





Slide 3 - Tekstslide

Soldiers get training ... they go out to war.
A
after
B
before
C
or

Slide 4 - Quizvraag

I studied until 11 p.m., ... I'm very tired.
A
before
B
nor
C
so

Slide 5 - Quizvraag

Amsterdam has a good music scene ... Eindhoven is great for shopping
A
and
B
or
C
yet

Slide 6 - Quizvraag

He was feeing sick, ... he went to school anyway.
A
because
B
but
C
so

Slide 7 - Quizvraag

I love going to Valkenburg ... the hills are great for hiking.
A
because
B
so
C
yet

Slide 8 - Quizvraag

The weather was terrible, ... we had a lot of fun.
A
for
B
or
C
yet

Slide 9 - Quizvraag

Did he join the army ... did he stay home and finish school?
A
but
B
nor
C
or

Slide 10 - Quizvraag