2HV Spelling H3 les 2

15 minuten lezen
Voor de leerlingen thuis:
opdracht staat in de chat.
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

15 minuten lezen
Voor de leerlingen thuis:
opdracht staat in de chat.

Slide 1 - Tekstslide

Opstarten

Slide 2 - Tekstslide

Wie?
Marco Borsato
André Hazes jr.

Slide 3 - Poll

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Agenda
Vooraf
herhalen streepje (quiz)
Spelling H3 opdracht 4 bespreken
starten tussenletters in samenstellingen (quiz)
Laatste quizvraag
aan de slag
toets bespreken

Slide 6 - Tekstslide

Vooraf

Slide 7 - Tekstslide

Kabinet mikt op volledige opening middelbare scholen eind mei
Het kabinet wil binnen twee weken een beslissing nemen over het weer volledig openen van de middelbare scholen. Die versoepeling zou dan in de week van 31 mei in moeten gaan, zeggen ingewijden. In de scholen hoeft dan ook niet langer 1,5 meter afstand gehouden te worden, want dat is in een vol gebouw niet mogelijk.
Nu is het voortgezet onderwijs slechts gedeeltelijk open. De meeste leerlingen krijgen ongeveer de helft van de tijd fysiek les, de andere uren wordt er online onderwijs gegeven.
Juist vandaag werd bekend dat de VO-raad (de vereniging van scholen in het voortgezet onderwijs) en scholieren verzameld in het LAKS bij demissionair minister Slob hebben aangedrongen op volledige opening van de scholen na Pinksteren. Dat valt dit jaar op 23 mei.
De twee organisaties vrezen te grote leerachterstanden als de middelbare scholen nog langer maar voor de helft open zijn. "Het risico bestaat dat het dan helemaal niet meer gebeurt dit schooljaar." Het is nog zo'n zeven weken tot de zomervakantie.

https://nos.nl/artikel/2380298-kabinet-mikt-op-volledige-opening-middelbare-scholen-eind-mei


Slide 8 - Tekstslide

Planning laatste zes weken

Slide 9 - Tekstslide

Herhalen koppelteken en weglatingsstreepje
leerlingen op school: ik controleer of jullie het online hebben gemaakt. Heb je het in je schrift gemaakt? Laat maar zien!

Leerlingen thuis: jullie hebben het in je schrift gemaakt, volgende keer controle!

Slide 10 - Tekstslide

Welke spelling is juist?
A
coronapandemie
B
corona-pandemie
C
corona pandemie

Slide 11 - Quizvraag

Wat is de basisregel voor samenstellingen in het Nederlands?
A
Samenstellingen schrijven we met een streepje.
B
Samenstellingen schrijven we los.
C
Samenstellingen schrijven we aan elkaar.
D
Samenstellingen schrijven we volgens 6 regels.

Slide 12 - Quizvraag

Welke spelling is juist?
A
mangoijs
B
mango-ijs
C
mango ijs

Slide 13 - Quizvraag

Welke spelling is juist?
A
batterij-oplader
B
batterijoplader
C
batterij oplader

Slide 14 - Quizvraag

Welke spelling is juist?


A
businessschool
B
business-school
C
business school
D
businesschool

Slide 15 - Quizvraag

Welke spelling is juist?
A
mond op mond beademing
B
mond-op-mondbeademing
C
mond-op-mond beademing
D
mondopmondbeademing

Slide 16 - Quizvraag

Welke spelling?
A
West-Vlaanderen
B
west-Vlaanderen
C
westvlaanderen
D
Westvlaanderen

Slide 17 - Quizvraag

Welke spelling is juist?
A
exmilitair
B
ex-militair
C
ex militair

Slide 18 - Quizvraag

Koppelteken
Basisregel: je schrijft de woorden van een samenstelling aan elkaar.
uitzonderingen:

1. Je gebruikt een koppelteken als er klinkers botsen, die ook samen een klank kunnen vormen.
2. Bij drie dezelfde medeklinkers heb je een keuze: koppelteken of aan elkaar
3. Je gebruikt een koppelteken bij bijzondere woordcombinaties: doe-het-zelfzaak
4Je gebruikt een koppelteken bij letters, cijfers, andere tekens, afkortingen: A4-tje
5. Je gebruikt een koppelteken bij aardrijkskundige namen: Zuid-Holland
6. Je gebruikt een koppelteken bij de voorvoegsels: anti-, oer-, on- en pro- alleen als er een hoofdletter na komt: pro-Europees


Slide 19 - Tekstslide

weglatingsstreepje
Als je een deel van een woord weglaat, mag dat met een weglatingsstreepje.
Let op: 

- als je het eind van het woord weglaat, komt het streepje bij het eerste woord aan het eind: in- en uitvoer.

- als je het begin van het woord weglaat, komt het streepje aan het begin van het tweede woord: damesjassen en -jurken.

- laat je een heel woord weg, dan gebruik je geen streepje: oude en jonge kaas

Slide 20 - Tekstslide

Hoe kun je het inkorten?

glasbak en papierbak
A
glas- en papierbak
B
glas en papierbak
C
glasbak en -bak
D
glasbak en papier-

Slide 21 - Quizvraag

Hoe kun je het inkorten?

koffiemokken en koffieglazen
A
-mokken en koffieglazen
B
koffie- en koffieglazen
C
koffiemokken en -glazen
D
koffiemokken en glazen

Slide 22 - Quizvraag

Spelling H3 opdracht 4
boek blz. 95

Waarom koppeltekens belangrijk zijn...

Slide 23 - Tekstslide

U kunt nu
het koppelteken en weglatingsstreepje correct gebruiken. 

Slide 24 - Tekstslide

Spelling H4
tussenletters in samenstellingen
boek blz. 124

Bij samenstellingen moet je soms tussenletters toevoegen
corona + virus = coronavirus
landing + baan = landingsbaan
pannenkoek + huis = pannenkoekenhuis

Slide 25 - Tekstslide

Welke spelling is juist?


A
dorpsstraat
B
dorpstraat

Slide 26 - Quizvraag

Dorpsstraat = juist
let op:
Je schrijft dorpsstraat, want je zegt ook dorpskerk.

Hoor je een -s dan schrijf je een -s.
Begint het tweede deel met een s-klank? vervang die dan door een woord zonder s-klank
landingssnelheid, want landingsbaan.

Slide 27 - Tekstslide

Welke spelling is juist?
A
blinddarm
B
blindedarm
C
blindendarm

Slide 28 - Quizvraag

-e of -en toevoegen
Als het eerste deel  van een samenstelling een zelfstandig naamwoord is dat alleen een meervoud op -en heeft, schrijf je -en- tussen de woorden: berenkuil, vriendendienst.'

Schrijf geen -en- maar soms wel -e- in deze gevallen:
  • Het eerste deel heeft geen meervoud: roggebrood, benzinelucht
  • Het eerste deel verwijst naar iets waar er maar een van is: zonnestraal, Koninginnedag
  • Het eerste deel heeft (ook) een meervoud op -s: aspergesoep 
  • Het eerste deel is geen zelfstandig naamwoord: blindedarm, huilebalk
  • Het eerste deel versterk een bijvoeglijk naamwoord: boordevol

Slide 29 - Tekstslide

Laatste quizvraag!

Slide 30 - Tekstslide

Welke spelling is juist?
A
tostiijzer
B
tosti-ijzer
C
tosti ijzer
D
tostijzer

Slide 31 - Quizvraag

Aan de slag
maak Spelling H4 over tussenletters in samenstellingen startopdracht en opdracht 1 t/m 4
Huiswerk voor volgende les

Op school: maak het in je schrift. Tijd: 15 minuten

Thuis: maak het via NN-online. Jullie mogen uit de les

Slide 32 - Tekstslide

Toets bespreken
Leesdeel samen

Schrijfdeel: Uitleg hoe het beoordeeld is.

Bewaar je vragen voor hierna.

Slide 33 - Tekstslide