Quiz:
Wet BIG, bevoegdheid en bekwaamheid
1. Wat regelt de Wet BIG?
o A) De werktijden van zorgverleners
o B) De bevoegdheid en bekwaamheid van zorgverleners
o C) De financiering van de gezondheidszorg
o D) De rechten van patiënten
2. Welke handelingen vallen onder de voorbehouden handelingen?
o A) Het nemen van een röntgenfoto
o B) Het aanbrengen van een verband
o C) Het toedienen van insuline via injectie
o D) Het inbrengen van een infuus
3. Wat is een risicovolle handeling?
o A) Een handeling die alleen een arts mag uitvoeren
o B) Een handeling die risico’s kan hebben als deze niet correct wordt uitgevoerd
o C) Een handeling die valt onder de Wet BIG
o D) Een handeling die een patiënt zelfstandig kan uitvoeren
4. Wat is nodig om bevoegd te zijn voor een handeling?
o A) Alleen een diploma hebben
o B) Zowel een diploma als BIG-registratie hebben
o C) Regelmatig protocollen doornemen
o D) Supervisie van een arts hebben
5. Welke wet is vooral gericht op de bescherming van patiënten?
o A) Wet BIG
o B) Arbeidsomstandighedenwet
o C) Wet op de Geneeskundige Behandelovereenkomst (WGBO)
o D) Zorgverzekeringswet
6. Hoe kun je bekwaam blijven?
o A) Regelmatig oefenen en trainingen volgen
o B) Je diploma updaten
o C) Alleen basiszorg verlenen
o D) Alleen onder toezicht werken
7. Wie mag risicovolle handelingen uitvoeren?
o A) Alleen artsen
o B) Iedereen met een diploma in de zorg
o C) Bevoegde én bekwame zorgverleners
o D) Zorgverleners onder toezicht
8. Wat moet je doen als je een handeling niet meer bekwaam voelt uit te voeren?
o A) Toch proberen en leren van fouten
o B) Het overlaten aan een collega of supervisor
o C) De cliënt informeren over de risico's
o D) Alleen de eenvoudige delen uitvoeren
9. Welke stappen volg je volgens een protocol bij een voorbehouden handeling?
o A) Controle, voorbereiding, uitvoering, evaluatie
o B) Voorbereiding, overleg met de arts, uitvoering
o C) Alleen uitvoeren na supervisie
o D) Toestemming vragen aan de cliënt
10. Waarom is een protocol belangrijk?
o A) Het voorkomt aansprakelijkheid
o B) Het garandeert een standaard en veilige uitvoering
o C) Het maakt supervisie eenvoudiger
o D) Het vervangt bekwaamheid
Antwoorden en uitleg
1. B) De bevoegdheid en bekwaamheid van zorgverleners
o De Wet BIG regelt wie welke medische handelingen mag uitvoeren en zorgt zo voor kwaliteitsbewaking in de zorg.
2. C) Het toedienen van insuline via injectie
o Voorbehouden handelingen, zoals injecties, brengen risico's met zich mee en mogen alleen door bevoegd en bekwaam personeel worden uitgevoerd.
3. B) Een handeling die risico’s kan hebben als deze niet correct wordt uitgevoerd
o Risicovolle handelingen kunnen complicaties veroorzaken en vragen om specifieke kennis en vaardigheden.
4. B) Zowel een diploma als BIG-registratie hebben
o Bevoegdheid vereist een erkende opleiding en registratie in het BIG-register.
5. A) Wet BIG
o Deze wet heeft als doel de kwaliteit van zorg te waarborgen en patiënten te beschermen tegen ondeskundig handelen.
6. A) Regelmatig oefenen en trainingen volgen
o Bekwaam blijven vraagt om continu bijscholen en oefenen om vaardigheden actueel te houden.
7. C) Bevoegde én bekwame zorgverleners
o Alleen wie bevoegd (diploma, BIG-registratie) en bekwaam is (ervaring, actuele kennis) mag deze handelingen uitvoeren.
8. B) Het overlaten aan een collega of supervisor
o Als je niet bekwaam bent, mag je een handeling niet uitvoeren. Veiligheid gaat voorop.
9. A) Controle, voorbereiding, uitvoering, evaluatie
o Deze stappen zorgen ervoor dat de handeling zorgvuldig en volgens de richtlijnen wordt uitgevoerd.
10. B) Het garandeert een standaard en veilige uitvoering
o Protocollen minimaliseren risico’s en zorgen voor uniformiteit in de zorg.