Blok 4.2 A Grammatica Herhaling PV, WWG 1BK

Pak je chromebook
Ga je op plek zitten
Werk 10 minuten aan je taken in numo.


1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Pak je chromebook
Ga je op plek zitten
Werk 10 minuten aan je taken in numo.


Slide 1 - Tekstslide

Blok 4.2 Grammatica

4.2 A Herhaling PV, WWG

Slide 2 - Tekstslide

Weet je nog? Het werkwoordelijk gezegde (WWG)
  • Bestaat uit de persoonsvorm en overige werkwoorden.
  • De persoonsvorm (PV) vind je door de tijdproef te doen.
  • Heb je maar 1 werkwoord in de zin, dan is dat de PV én het WWG





Slide 3 - Tekstslide

Persoonsvorm (PV)

Bij de volgende opdrachten vul  je in wat de pv van de zin is.

Slide 4 - Tekstslide

Wat is de pv in de zin:

De man vertelt over een ongeluk in Frankrijk.

Slide 5 - Open vraag

Wat is de pv in de zin:

In 1812 is in een Frans dorpje een ongeluk gebeurd.

Slide 6 - Open vraag

Wat is de pv in de zin:

Een klein jongetje wilde spelen in de werkplaats van zijn vader.

Slide 7 - Open vraag

Wat is de pv in de zin:

Hij zag twee scherpe priemen liggen.

Slide 8 - Open vraag

Wat is de pv in de zin:

Zijn vader maakte daarmee gaatjes in leer.

Slide 9 - Open vraag

Wat is de pv in de zin:

Het jongetje pakte de priemen.

Slide 10 - Open vraag

Wat is de pv in de zin:

Hij struikelde toen heel ongelukkig.

Slide 11 - Open vraag

Wat is de pv in de zin:

De priemen kwamen precies in zijn ogen.

Slide 12 - Open vraag

Wat is de pv in de zin:

Het jongetje zou nooit meer kunnen zien.

Slide 13 - Open vraag

Wat is de pv in de zin:

Op latere leeftijd bedacht hij een blindenschrift.

Slide 14 - Open vraag

Wat is de pv in de zin:

Deze bobbeltjes vervangen vooral letters.

Slide 15 - Open vraag

Wat is de pv in de zin:

Dat zijn bobbeltjes op dik papier gedrukt.

Slide 16 - Open vraag

Wat is de pv in de zin:

Blinden voelen met hun vingertoppen de bobbeltjes.

Slide 17 - Open vraag

Wat is de pv in de zin:

Het blindenschrift ‘braille’ is genoemd naar deze jongen:
Louis Braille.

Slide 18 - Open vraag

Wat is de pv in de zin:

Blinde mensen over de hele wereld zijn hier enorm mee geholpen!

Slide 19 - Open vraag

Werkwoordelijk gezegde (WWG)


Bij de volgende opdrachten wordt gevraagd naar het werkwoordelijke gezegde in de zinnen.

Het wwg is alle werkwoorden in de zin.


Slide 20 - Tekstslide

Wat is het WWG in de zin:

Veel mensen houden van honden en katten.

Slide 21 - Open vraag

Wat is het WWG in de zin:

Veel beesten zijn hun baasje kwijtgeraakt

Slide 22 - Open vraag

Wat is het WWG in de zin:

Toch worden er elk jaar veel dieren naar het asiel gebracht.

Slide 23 - Open vraag

Wat is het WWG in de zin:

Vaak zwerven ze al een tijdje op straat.

Slide 24 - Open vraag

Wat is het WWG in de zin:

Misschien omdat mensen gaan niezen door hun huisdier.

Slide 25 - Open vraag

Wat is het WWG in de zin:

De dieren worden in het asiel goed verzorgd.

Slide 26 - Open vraag

Wat is het WWG in de zin:

Sommige dieren kunnen niet meer bij hun baasje wonen.

Slide 27 - Open vraag

Wat is het WWG in de zin:

Dat kan soms een tijdje duren.

Slide 28 - Open vraag

Wat is het WWG in de zin:

Men zoekt een nieuwe baas voor alle asieldieren.

Slide 29 - Open vraag

Wat is het WWG in de zin:

De medewerkers van het asiel doen goed werk!

Slide 30 - Open vraag

Nog even samenvatten
  • Het wwg bestaat uit de persoonsvorm en overige werkwoorden.
  • De persoonsvorm (PV) vind je door de tijdproef te doen.
  • Heb je maar 1 werkwoord in de zin, dan is dat de PV én het WWG





Slide 31 - Tekstslide

Zelfstandig werken/huiswerk
Maken in Learnbeat blok 4
Grammatica 4.2 A opdracht 1 t/m 6.

Slide 32 - Tekstslide