24/9 schrijven: zakelijke brief/e-mail (theorie + opdracht

De zakelijke brief
Pak je spullen
Leg je huiswerk open op de hoek van de tafel neer
en pak vast je leesboek.
Zakelijke brief
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 2

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

De zakelijke brief
Pak je spullen
Leg je huiswerk open op de hoek van de tafel neer
en pak vast je leesboek.
Zakelijke brief

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Lesdoelen
  • Lezen 
  • Terugblik
  • Instructie- zelfstandig in stilte werken 
  • Verlengde instructie - samen beginnen 
  • Exitticket
  • Afsluiten (reflectie en feedback)

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel:
Aan het einde van deze les:
  • kan je (weer)  benoemen hoe een zakelijke brief is opgebouwd;
  • kan je aan de hand van een opdracht een zakelijke brief (her)schrijven.



Blauw = kennen = kennis = leren
Oranje = kunnen = met de kennis de vaardigheid oefenen

Slide 3 - Tekstslide


  1. Draai je iPad om.
  2. Ga in stilte lezen.
timer
10:00

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Schrijf een ding op die je de vorige les hebt geleerd.
(lesstof of waar je mee geoefend hebt in de methode)
(Het rad bepaald wie ik het antwoord vraag.)

Slide 6 - Woordweb

Volgorde zakelijke brief
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Afzender
Plaats, datum
Geadresseerde
Betreft
Aanhef
Inleiding
Kern/inhoud - meerdere alinea's
Verwachting/slot
Slotgroet
Handtekening en naam

Slide 7 - Sleepvraag

Opbouw zakelijke brief - antwoorden
Corrigeer met een andere kleur!
1 afzender
2 geadresseerde
3 plaats, datum
4 betreft
5 aanhef
6 inleiding
7 kern/inhoud - meerder alinea's
8 verwachting/slot
9 slotgroet
10 handtekening en naam

--> let op: er moeten witregels tussen alle onderdelen!!!!

Slide 8 - Tekstslide

Herhaling lesstof
zakelijke brief e-mail en zakelijke e-mail
(zo kun je het verschil goed zien)

Slide 9 - Tekstslide

Zakelijke brief


Zakelijke e-mail


Slide 10 - Tekstslide

Zakelijke brief

(1) afzender
Zakelijke e-mail


Slide 11 - Tekstslide

Zakelijke brief

(1) afzender
(2) geadresseerde
Zakelijke e-mail


Slide 12 - Tekstslide

Zakelijke brief

(1) afzender
(2) geadresseerde
(3) onderwerp
Zakelijke e-mail


Slide 13 - Tekstslide

Zakelijke brief

(1) afzender
(2) geadresseerde
(3) onderwerp
(4) plaats + datum
Zakelijke e-mail


Slide 14 - Tekstslide

Zakelijke brief

(1) afzender
(2) geadresseerde
(3) onderwerp
(4) plaats + datum
(5) aanhef
Zakelijke e-mail


Slide 15 - Tekstslide

Zakelijke brief

(1) afzender
(2) geadresseerde
(3) onderwerp
(4) plaats + datum
(5) aanhef
(6) inleiding, kern, slot
Zakelijke e-mail


Slide 16 - Tekstslide

Zakelijke brief

(1) afzender
(2) geadresseerde
(3) onderwerp
(4) plaats + datum
(5) aanhef
(6) inleiding, kern, slot
(7) afsluiting + handtekening
Zakelijke e-mail


Slide 17 - Tekstslide

Zakelijke brief

(1) afzender
(2) geadresseerde
(3) onderwerp
(4) plaats + datum
(5) aanhef
(6) inleiding, kern, slot
(7) afsluiting + handtekening
Zakelijke e-mail

(1) van: ... (e-mailadres)

Slide 18 - Tekstslide

Zakelijke brief

(1) afzender
(2) geadresseerde
(3) onderwerp
(4) plaats + datum
(5) aanhef
(6) inleiding, kern, slot
(7) afsluiting + handtekening
Zakelijke e-mail

(1) van: ... (e-mailadres)
(2) aan: ... (e-mailadres)

Slide 19 - Tekstslide

Zakelijke brief

(1) afzender
(2) geadresseerde
(3) onderwerp
(4) plaats + datum
(5) aanhef
(6) inleiding, kern, slot
(7) afsluiting + handtekening
Zakelijke e-mail

(1) van: ... (e-mailadres)
(2) aan: ... (e-mailadres)
(3) onderwerp

Slide 20 - Tekstslide

Zakelijke brief

(1) afzender
(2) geadresseerde
(3) onderwerp
(4) plaats + datum
(5) aanhef
(6) inleiding, kern, slot
(7) afsluiting + handtekening
Zakelijke e-mail

(1) van: ... (e-mailadres)
(2) aan: ... (e-mailadres)
(3) onderwerp

(4) aanhef

Slide 21 - Tekstslide

Zakelijke brief

(1) afzender
(2) geadresseerde
(3) onderwerp
(4) plaats + datum
(5) aanhef
(6) inleiding, kern, slot
(7) afsluiting + handtekening
Zakelijke e-mail

(1) van: ... (e-mailadres)
(2) aan: ... (e-mailadres)
(3) onderwerp

(4) aanhef
(5) inleiding, kern, slot

Slide 22 - Tekstslide

Zakelijke brief

(1) afzender
(2) geadresseerde
(3) onderwerp
(4) plaats + datum
(5) aanhef
(6) inleiding, kern, slot
(7) afsluiting + handtekening
Zakelijke e-mail

(1) van: ... (e-mailadres)
(2) aan: ... (e-mailadres)
(3) onderwerp

(4) aanhef
(5) inleiding, kern, slot
(6) afsluiting

Slide 23 - Tekstslide

Zakelijke brief

(1) afzender
(2) geadresseerde
(3) onderwerp
(4) plaats + datum
(5) aanhef
(6) inleiding, kern, slot
(7) afsluiting + handtekening
Zakelijke e-mail

(1) van: ... (e-mailadres)
(2) aan: ... (e-mailadres)
(3) onderwerp

(4) aanhef
(5) inleiding, kern, slot
(6) afsluiting

Slide 24 - Tekstslide

Inleiding
Kern
Slot

Slide 25 - Tekstslide

Inleiding
Kern
Slot

Slide 26 - Tekstslide

Inleiding
Kern
Slot
je vertelt waarom je de brief of e-mail schrijft (aanleiding)

Slide 27 - Tekstslide

Inleiding
Kern
Slot
je vertelt waarom je de brief of e-mail schrijft (aanleiding)
je geeft de informatie die nodig is of legt uit wat je precies wilt weten (5W1H-vragen)

Slide 28 - Tekstslide

Inleiding
Kern
Slot
je vertelt waarom je de brief of e-mail schrijft (aanleiding)
je geeft de informatie die nodig is of legt uit wat je precies wilt weten (5W1H-vragen)
je herhaalt kort wat je van de lezer verwacht en bedankt voor de moeite/aandacht

Slide 29 - Tekstslide

Inleiding
Kern
Slot
je vertelt waarom je de brief of e-mail schrijft (aanleiding)
je geeft de informatie die nodig is of legt uit wat je precies wilt weten (5W1H-vragen)
je herhaalt kort wat je van de lezer verwacht en bedankt voor de moeite/aandacht
De kern kan meerdere alinea's hebben. 
Maak voor elk deelonderwerp één alinea!

Slide 30 - Tekstslide

Zakelijke brief

Slide 31 - Tekstslide

Schrijfopdracht: Situatiebeschrijving

Slide 32 - Tekstslide

Schrijfopdracht: Opdracht in tweetallen

Schrijf een brief aan Pieter Beekenkamp, de directeur van jouw basisschool. Een aantal gegevens is al voorgedrukt in de uitwerkbijlage. Vermeld het onderwerp van je e-mail in de onderwerpregel. Gebruik voor je e-mail de gegevens uit de situatiebeschrijving en eventueel de tekst “Wie schrijft die blijft, maar hoe lang nog?”. Gegevens die niet in de opdracht vermeld staan, moet je zelf bedenken.
Besteed in je e-mail aandacht aan de volgende punten:
 jezelf voorstellen met naam en school;
 persoonlijke herinnering aan jouw tijd op de basisschool;
 aanleiding brief: de themadag;
 eigen mening over het nut van schrijfonderwijs op school;
 uitnodiging om workshop te verzorgen tijdens de themadag;
 vraag om in workshop in te gaan op de verschillen tussen vroeger en nu;
 vraag om in zijn workshop aandacht te besteden aan het schrijfonderwijs op zijn Steve Jobsschool;
 verzoek om tablets mee te nemen om te gebruiken voor de workshop;
 vraag of er kosten verbonden zijn aan het geven van de workshop;
 beleefd verzoek om snelle reactie.

Niet echt aan de opdracht werken en/of niet serieus meedoen = alleen de opdracht maken.
timer
20:00

Slide 33 - Tekstslide

Lesdoel:
Aan het einde van deze les:
  • kan je (weer)  benoemen hoe een zakelijke brief is opgebouwd;

  • kan je aan de hand van een opdracht een zakelijke brief (her)schrijven.



Blauw = kennen = kennis = leren
Oranje = kunnen = met de kennis de vaardigheid oefenen

Slide 34 - Tekstslide

Volgorde zakelijke brief
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Afzender
Plaats, datum
Geadresseerde
Betreft
Aanhef
Inleiding
Kern/inhoud - meerdere alinea's
Verwachting/slot
Slotgroet
Handtekening en naam

Slide 35 - Sleepvraag

Opbouw zakelijke brief - antwoorden
Corrigeer met een andere kleur!
1 afzender
2 geadresseerde
3 plaats, datum
4 betreft
5 aanhef
6 inleiding
7 kern/inhoud - meerder alinea's
8 verwachting/slot
9 slotgroet
10 handtekening en naam

--> let op: er moeten witregels tussen alle onderdelen!!!!

Slide 36 - Tekstslide

Ik kan (weer) benoemen hoe een zakelijke brief is opgebouwd;


😒🙁😐🙂😃

Slide 37 - Poll

Reflectie:
Wat ging bij jou goed tijdens deze les?
Wat kan nog iets beter? Wat ga je daarvoor doen?

Slide 38 - Open vraag

Feedback
Wat vond je fijn/goed aan deze les?
Wat zou je liever anders zien?

Slide 39 - Open vraag