Borp H1.1

Welkom
4 MAVO ||  2023-2024

Hoofdstuk 1 - Verdien je genoeg?
Exameneenheid Consumptie en Verrijkingsstof

1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom
4 MAVO ||  2023-2024

Hoofdstuk 1 - Verdien je genoeg?
Exameneenheid Consumptie en Verrijkingsstof

Slide 1 - Tekstslide

Planning


  • Nieuw boek
  • Lesonderwerpen
  • Uitleg
  • Aan de slag
  • Terugblik lesdoelen

Slide 2 - Tekstslide

Nieuw boek

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Ik vind het prettig als
  • Er naar elkaar geluisterd wordt
  • Je je hand opsteekt als je wat wilt vragen/zeggen
  • We respectvol met elkaar omgaan
  • De telefoons niet gebruikt worden tijdens de les
  • Je je plek opgeruimd achterlaat
  • Je je spullen in orde hebt
  • Als je jas en oortjes uit zijn in de les
  • Je pet af is in de school
  • Ik je niet naar beneden hoef te sturen door je telefoon..

Slide 5 - Tekstslide

Lesonderwerpen 1.1


  • Verschillende soorten inkomens
  • Koopgedrag veranderen
  • Doelgroepen
  • Gevolgen van consumeren 

Slide 6 - Tekstslide

Waarover gaat het schoolvak economie over?

Slide 7 - Woordweb



Het vak economie gaat over de behoeften die mensen hebben en de keuzes die zij maken om in hun behoeften te voorzien. 

Slide 8 - Tekstslide

https://www.nu.nl/economie/6279578/loonstijging-heeft-haar-piek-voorlopig-bereikt.html

Slide 9 - Woordweb

Noem een voorbeeld van primaire behoefte

Slide 10 - Open vraag

Soorten inkomsten
Primaire inkomstenbronnen
  • Arbeid (nettoloon) 
  • Bezit (rente, winst, huur of pacht) 

Secundaire inkomstenbronnen
  • Overdrachtsinkomen (zakgeld, uitkering, kinderbijslag)


Primair/Secundair?
Primair inkomen = loon, rente, huur, pacht en winst
Secundaire inkomen = inkomen zonder tegenprestatie (bijstand, huurtoeslag en kindertoeslag)

Slide 11 - Tekstslide

Secundair inkomen
Als er belasting en premies betaald zijn en (sommige huishoudens) subsidies en toeslagen krijgen, blijft er over wat je kunt besteden. Dit noemen we het besteedbaar inkomen, of secundair inkomen.
 
Secundair inkomen = primair inkomen – belastingen & premies + subsidies & uitkeringen

Slide 12 - Tekstslide

Geld besteden

Slide 13 - Tekstslide

Primaire behoeften
De noodzakelijke behoeften zoals voeding, kleding en woonruimte en gezondheidszorg

Slide 14 - Tekstslide

Noem een voorbeeld van een secundaire behoefte

Slide 15 - Open vraag

Secundaire behoeften
Alle overige behoeften die je hebt om je leven aangenamer te maken.

Slide 16 - Tekstslide

Wat zou jij als eerste doen? En als tweede? En als derde?
- Nieuw spel kopen
- Fiets laten repareren
- Naar de bioscoop

Slide 17 - Open vraag

Prioriteiten stellen
  • Voor het vervullen van je behoeften heb je middelen nodig, zoals tijd, geld en bezittingen. 
  • Vaak heb je meer behoeften dan middelen. Daarom moet je prioriteiten stellen:
  • kiezen welke behoeften voor jou belangrijk zijn en welke minder belangrijk.

Slide 18 - Tekstslide

Probleem...
  • We hebben oneindig behoeften en beperkte middelen
  • Middelen: Tijd & Geld
  • Je moet dus keuzes maken!

Slide 19 - Tekstslide

Schaarste
  • Omdat je meestal onvoldoende middelen hebt om in al je behoeften te voorzien, moet je keuzes maken. 
  • Schaars betekent dat er (productie)middelen zijn opgeofferd om het product te maken. 
  • Voor schaarse goederen betaal je een prijs. 

Slide 20 - Tekstslide

Vrije goederen
  • Sommige goederen zijn er altijd!
  • Je kunt er gebruik van maken zonder te betalen

Slide 21 - Tekstslide

Waarom richten bedrijven zich op jongeren?

Slide 22 - Open vraag

Doelgroep
  • Commerciële bedrijven proberen zo veel mogelijk producten te verkopen. 
  • Ze richten zich daarbij vaak op een bepaalde doelgroep. 
  • Voor veel bedrijven zijn jongeren een interessante doelgroep, want:
  • jongeren hebben over het algemeen veel geld vrij te besteden
  • jongeren hebben invloed op de koopbeslissingen bij hen thuis
  • jongeren blijven vaak trouw aan een bepaald merk of bedrijf

Slide 23 - Tekstslide

Je koopgedrag verandert door:
  • commerciële beïnvloeding
  • sociale beïnvloeding
  • je leeftijd
  • de ontwikkeling van je inkomen
  • de tijd waarin je leeft
  • technologische ontwikkelingen, zoals 3D-printen en zelfrijdende auto’s
  • je kennis van producten

Slide 24 - Tekstslide

1

Slide 25 - Video

00:30
Wat is het doel van deze reclame?

Slide 26 - Open vraag

Commerciële reclame

  • Commerciële reclame is een onderdeel van de marketing van een bedrijf. 
  • Fabrikanten en winkeliers huren bedrijven in om reclame te maken om meer te verkopen. 

Slide 27 - Tekstslide

Marketingmix
  • Een bedrijf kan verschillende marketinginstrumenten of P’s gebruiken. De manier waarop een bedrijf meerdere P’s tegelijk gebruikt, noem je de marketingmix:
  • Productbeleid 
  • Prijsbeleid 
  • Plaatsbeleid 
  • Promotiebeleid 
  • Personeelsbeleid 
  • Presentatiebeleid

Slide 28 - Tekstslide

Denk je dat jouw koopgedrag de wereld beschadigd? En waarom?

Slide 29 - Open vraag

Wat zijn de gevolgen van mijn koopgedrag?
Iets wat je koopt is geproduceerd:
  • Hoe?
     -Vervuilend? Diervriendelijk?
  • Door wie?
     -Kinderarbeid? Onderbetaalde werknemers?

Duurzaam consumeren = bij je aankopen rekening
houden met de gevolgen voor mens en milieu. Gevolg: lagere maatschappelijke kosten.

Maatschappelijke kosten = alle nadelen die de samenleving ondervindt van het gedrag van personen of bedrijven.








Slide 30 - Tekstslide

Maatschappelijke kosten
Maatschappelijke kosten zijn de kosten van milieuvervuiling die door ons allemaal worden betaald. 

  • Kosten voor afvalverwijdering
  • Natuurbescherming
  • Opraken van grondstoffen
  • Nadelige gevolgen gezondheid

Slide 31 - Tekstslide

Aan de slag
Maken H1.1 (opdracht 1 tot en met opdracht 7)
Zachtjes overleggen! / Aan docent vragen
Klaar? Nakijken
Niet af? Huiswerk!
Tot 4 minuten voor tijd

Slide 32 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het einde van de les

Slide 33 - Tekstslide