hoe gaat gaat het met je?
Met mij gaat het goed. Ik ben op vakantie in Spanje. Ik ben daar met mijn ouders/vrienden. Waar ben jij op vakantie?
Het weer is hier heerlijk. De zon schijnt de hele dag en het water is lekker warm.
Gisteren hebben we gezwommen en de hele dag op het strand gelegen. Wat doe jij? Ik zie je snel. Groetjes, Marloes