H6 metalen

Hoofdstuk 6 metalen
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 6 metalen

Slide 1 - Tekstslide

Eigenschappen van metalen
  • Glimmen als ze gepolijst zijn
  • Hoog smeltpunt; vast bij kamertemperatuur (behalve kwik)
  • Geleiden goed warmte
  • Geleiden elektrische stroom
  • Goed vervormbaar door walsen en smeden
  • In gesmolten toestand goed te mengen
  • Herwinbaar -> Opnieuw smelten en voor iets nieuws gebruiken

Slide 2 - Tekstslide

Edele metalen 
  • Edel betekent:  niet of nauwelijks reagerend met andere stoffen.
  • daarom  vaak gevonden als zuivere stof (Au, Ag, Pt)
  • 24 karaat goud =100 %  zuiver goud , 18 karaat = 18/24 x100%= 75 % goud (en 25 %  andere metalen meestal zilver of koper)

Slide 3 - Tekstslide

Onedele metalen
  • reageren wel  met andere stoffen. (b.v. zuurstof, water of zuren) 
  • worden daarom bijna altijd gevonden als erts = verbinding van metaal met een niet- metaal (=dus een zout)
  • hoe onedeler het metaal hoe reactiever het is.


Slide 4 - Tekstslide

zeer onedele metalen
  • alle metalen uit groep 1 = alkalimetalen, zijn zeer reactief.
  • ze reageren zo heftig met b.v. zuurstof en water dat ze onder een laagje olie bewaard worden
  • de aardalkalimetalen = groep 2 reageren ook heftig maar iets minder heftig dan de metalen uit groep 1

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een voorbeeld van een edelmetaal?
A
Zilver
B
Ijzer
C
Aluminium
D
Kalium

Slide 6 - Quizvraag

Periodiek systeem onderverdeeld in reactiviteit

Slide 7 - Tekstslide

metalen beschermen
is voorkomen dat er zuurstof (of andere stoffen)bijkomen door:
-verven
-invetten

-vertinnen

-verzinken/galvaniseren

-verchromen

-emailleren


Slide 8 - Tekstslide

Welk metaal is het enige metaal dat bij
kamertemperatuur vloeibaar is?
A
Kwik
B
Ijzer
C
Koper
D
Goud

Slide 9 - Quizvraag

 Legeringen maken
Legering = mengsel van metalen
Dit doe je om betere eigenschappen te krijgen. Veel legeringen zijn harder dan de zuivere  stoffen.
Goud is puur erg zacht -> mengen met zilver (=witgoud) of met koper (=roodgoud) 

Slide 10 - Tekstslide

Er zijn onedele metalen en edelmetalen. Wat geeft men aan als men spreekt van een edelmetaal?
A
Hoe edeler des te duurder het proces is om het te winnen
B
Hoe edeler des te beter het metaal reageert met andere stoffen
C
Hoe edeler des te slechter het metaal reageert met andere stoffen
D
Hoe edeler des te zwaarder het metaal is

Slide 11 - Quizvraag

Men gebruikt vaker legeringen dan zuivere metalen. Wat is de belangrijkste reden waarom legeringen in plaats van zuivere metalen gebruikt worden?
A
Zuivere metalen zijn veel duurder dan legeringen
B
Zuivere metalen vertonen sneller corrosie dan legeringen
C
Zuivere metalen zijn veel zachter dan legeringen
D
Zuivere metalen hebben veel hogere smeltpunten dan legeringen

Slide 12 - Quizvraag

Wat is een zout?
A
Een verbinding van een metaal en een niet-metaal
B
een verbinding van twee metalen
C
een verbinding van twee niet-metalen
D
een moleculaire stof die kan oplossen in water

Slide 13 - Quizvraag

Hoe heet een mengsel tussen twee metalen
A
moleculaire stof
B
ionaire stof
C
atomaire stof
D
legering

Slide 14 - Quizvraag

Welk van deze metalen is zeer onedel?
A
Ag
B
Au
C
Li
D
Pb

Slide 15 - Quizvraag

Zware metalen
  •  metalen met een hoge dichtheid (kwik Hg, lood Pb, cadmium Cd) én zeer schadelijk voor de gezondheid.
  • Afval met zware metalen,  bij kca-afval (kca = klein chemisch afval)

Slide 16 - Tekstslide

H6.2 reacties van metalen
  • het aangetasten van onedele metalen  door stoffen uit de atmosfeer heet corrosie
  • roesten= corrosie van ijzer 
  • roest is poreus, daaronder roest het ijzer verder
  • aluminiumoxide en zinkoxide zijn niet poreus en beschermen juist tegen verder corroderen

Slide 17 - Tekstslide

Bij het roesten reageert ijzer met zuurstof onder vorming van ijzer(III)oxide (Fe2O3) Geef de reactievergelijking

Slide 18 - Open vraag

Aantasting van metalen
Koper - corrosie optreden
Koperoxide -> groene kleur
Oxidelaag wordt gevormd = luchtdicht

Zelfde bij: Aluminium, Tin, Chroom, Zink

Slide 19 - Tekstslide

Bescherming tegen corrosie
Reactie van metaal + lucht tegenhouden door: Vaseline, verf, kunststof
Galvaniseren : ijzer bedekken met een laagje zink (zinkoxide)
Staal met een laagje tin = blik
Verchromen: ijzer bedekken met chroom (chroomoxide = doorzichtig)
Roestvrijstaal = legering van ijzer, chroom en nikkel

Slide 20 - Tekstslide

Welke stof zorgt in roestvrijstaal ervoor dat het niet roest?
A
Ijzer
B
Chroom
C
Nikkel

Slide 21 - Quizvraag

Roesten is een voorbeeld van...
A
verbranding
B
een synthese
C
ontleding
D
oxideren

Slide 22 - Quizvraag

Bij galvaniseren bedek je ijzer met een laagje ........
A
Chroom
B
Zink
C
Zilver
D
Tin

Slide 23 - Quizvraag

Huiswerk
paragraaf 2: 
5, 7, 9

Slide 24 - Tekstslide

Ertsen
Ijzer(III)oxide -> hoogoven -> ijzer
Mengsel van ijzererts, cokes en kalk in hoogoven
Onderin -> hete lucht in de oven
Cokes verbranden -> koolstofmonoxide
2 C(s) + O2(g) --> 2 CO(g)



Slide 25 - Tekstslide

Ertsen
2 C(s) + O2(g) --> 2 CO(g)
CO gas kan goed in contact komen met ijzer(III)oxide in het ijzererts: Fe2O3(s) + 3 CO(g) --> 2 Fe(s) + 3 CO2(g)
Hoge temperaturen -> ijzer smelt -> vloeibaar ijzer zakt naar de bodem -> aftappen = ruwijzer (5% opgeloste C)
ruwijzer - gebruiken als gietijzer
5% -> 1,5% C -> dit ijzer noem je staal


Slide 26 - Tekstslide

ijzer maak je uit ijzererts
  1. ijzererts bestaat voor het grootste deel uit ijzeroxide(=roest)
  2. ijzeroxide + cokes (=koolstof)+ zuurstof--> ruw ijzer + koolstofdioxide
  3. ruwijzer bevat nog te veel koolstof--> is bros--> nog
meer bewerken b.v. tot staal

Slide 27 - Tekstslide

Bereiding van ruwijzer uit ijzererts
2 Fe2O3 + 3 C -> 4 Fe + 3 CO2
In een hoogoven zit 800 kg ijzer(III)oxide. Bereken hoeveel ijzer je hier maximaal uit kan winnen. Geef je antwoord ik kg.
  1. Reactievergelijking
  2. Massaverhouding
  3. Gegeven / gevraagd

Slide 28 - Tekstslide

Bereiding van ruwijzer uit ijzererts
2 Fe2O3 + 3 C -> 4 Fe + 3 CO2
In een hoogoven zit 800 kg ijzer(III)oxide. Bereken hoeveel ijzer je hier maximaal uit kan winnen. Geef je antwoord ik kg.

2 Fe2O3
3 C
4 Fe
3 CO2
319,2 u
223,2 u
319,2 kg
223,2 kg
800 kg
?

Slide 29 - Tekstslide

aluminium uit aluminiumerts(=bauxiet)
  • aluminium heeft een kleine dichtheid en toch redelijk sterk --> veel toegepast
  • het erts bauxiet +_ 50 % aluminiumoxide
  • dat laat je smelten
  • dan via elektrolyse ontleden en aluminum aftappen
 (zie plaatje)

Slide 30 - Tekstslide

brandende metalen moeilijk te blussen

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

geef de reactievergelijking van het blussen van magnesium met water 
Als je een magnesium brand wilt blussen met water ontstaat er een wit poeder (magnesiumoxide) en een explosief gas
  1. geef de reactievergelijking in woorden (incl explosief gas)
  2. noteer daaronder de juiste molecuulformules
  3. bekijk welke atoomsoort er na de reactie nog niet staat--> formule voor het explosieve gas
  4. maak kloppend incl toestandsaanduiding

Slide 33 - Tekstslide

uitwerking magnesium met water blussen:
  1. reactievergelijking in woorden:
    magnesium + water--> magnesiumoxide + explosief gas
  2. in symbolen (dan weet je waarschijnlijk welk gas het was)
     Mg(s)+H2O(l)->  MgO(s) + H2(g)
    magnesium reageert met zuurstof uit het water--> H over, denk aan Brenda regel dus H2,  dat is inderdaad explosief  (denk aan elektrolyse water)
  3. kloppend maken: Mg(s)+H2O(l)->  MgO(s) + H2(g)  (klopt al)

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Video

geef de reactievergelijking van het blussen van magnesium met koolstofdioxide 
Als je een magnesium brand wilt blussen met koolstofdioxide ontstaat er een wit poeder en een zwarte vaste stof
  1. geef de reactievergelijking in woorden 
  2. noteer daaronder de juiste molecuulformules bekijk welke atoomsoorten er na de reactie nog niet staan--> formule voor deze stoffen
  3. maak kloppend incl toestandsaanduiding

Slide 36 - Tekstslide

uitwerking magnesium met koolstofdioxide blussen:
  1. reactievergelijking in woorden:
    magnesium + koolstofdioxide--> wit poeder + zwarte stof
  2. in symbolen (dan weet je waarschijnlijk welke stoffen het waren)
    Mg(s)+CO2(g)->  MgO(s) + C(s)     
    (Mg oxideert met zuurstof uit CO2 --> MgO en C  over
  3. kloppend maken:
    2 Mg(s)+CO2(g)->  2 MgO(s) + C(s) 

Slide 37 - Tekstslide

uitwerking magnesium met koolstofdioxide blussen:
  1. reactievergelijking in woorden:
    magnesium + koolstofdioxide--> wit poeder + zwarte stof
  2. in symbolen (dan weet je waarschijnlijk welke stoffen het waren)
    Mg(s)+CO2(g)->  MgO(s) + C(s)     
    (Mg oxideert met zuurstof uit CO2 --> MgO en C  over
  3. kloppend maken:
    2 Mg(s)+CO2(g)->  2 MgO(s) + C(s) 

Slide 38 - Tekstslide