Wat is literatuur?

Tekening 1
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Tekening 1

Slide 1 - Tekstslide

Tekening 2

Slide 2 - Tekstslide

Voor welke tekening heb je meer technische vaardigheden nodig als tekenaar dan de andere?
A
B

Slide 3 - Quizvraag

Welke tekening heeft meer kans in een museum terecht te komen?
A
B

Slide 4 - Quizvraag

Welke tekening is mooier?
A
B

Slide 5 - Quizvraag

Muziek - Dries

-Vaker zoiets gehoord
 -Makkelijk taalgebruik
-Makkelijk te begrijpen
 -Kostte wrs weinig tijd om het liedje te schrijven
-Puur amusement

Muziek - Maarten

-‘Nooit’ eerder gehoord
-Er is nagedacht over de gebruikte taal
-Kostte wrs veel tijd om te schrijven
 -Bedoeld om mensen na te laten denken

Slide 6 - Tekstslide




- Vaker zoiets gezien
-Makkelijke techniek
- Makkelijk te begrijpen
- Kostte wrs weinig tijd om de tekening te maken
- Puur ‘amusement’




- ‘Nooit’ eerder gezien
- Je moet beschikken over behoorlijk wat tekentechniek
- Kostte wrs veel tijd 
- Bedoeld om mensen na te laten denken

Slide 7 - Tekstslide

Lectuur

- Vaker zoiets gelezen
- Cliché taalgebruik
- Makkelijk te begrijpen
- Kostte wrs weinig tijd om te schrijven
- Puur ‘amusement’

Literatuur

- ‘Nooit’ eerder gelezen
- Je moet opletten tijdens het lezen
- Kostte wrs veel tijd om te schrijven
- Bedoeld om mensen na te laten denken

Slide 8 - Tekstslide

Wat zie je hier?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Tim Hofman

Slide 11 - Tekstslide

Originele woordkeuze
“All animals are equal, but some animals are more equal than others.”
Vertaling: “Alle dieren zijn gelijk, maar sommigen zijn gelijker dan anderen.”

George Orwell, Animal-Farm, 1945

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht verhaal Poep
Deze les ga je aan de slag met het verhaal Poep van Manon Uphoff (1995). Je docent leest het verhaal eerst voor.

Werk daarna samen met drie klasgenoten. Bepaal met elkaar welke literaire teksteigenschappen je in deze tekst kunt vinden (meerduidigheid, de diepere boodschap en de originele woordkeus en/of zinsstructuur).

Slide 13 - Tekstslide

Boekopdrachten
Zorg ervoor dat je in je boekopdracht duidelijk laat zien dat je weet wat literatuur is en wat de literaire waarde van je boek is. Daar moet je altijd over nadenken. 

Slide 14 - Tekstslide

Boekopdrachten
Bekijk nu in de ELO (onderdeel Literatuur) het keuzemenu voor boekopdrachten. 

Slide 15 - Tekstslide

Nulmeting schrijfvaardigheid
Schrijf een kort betoog over de waarde van literatuuronderwijs: waarom moeten leerlingen in het voortgezet onderwijs boeken lezen (of waarom moeten ze dat niet doen?)
Je betoog telt minimaal 250 woorden, maximaal 500. Probeer alles wat je in de onderbouw leerde over het schrijven van een betoog in praktijk te brengen. 

Slide 16 - Tekstslide

Argumenten vóór 'verplicht lezen'

Slide 17 - Woordweb

Argumenten tegen 'verplicht lezen'

Slide 18 - Woordweb

Opdracht leesniveaus
Jullie lezen vier fragmenten van verschillende boeken. Beoordeel (in viertallen) deze tekstfragmenten aan de hand van de zes literaire niveaus van Witte (2008). De beschrijving van de literaire niveaus is als hulpmiddel toegevoegd bij deze opdracht. Bij welk niveau zouden jullie het fragment onderverdelen en waarom? 

Slide 19 - Tekstslide

Leestijd
timer
10:00

Slide 20 - Tekstslide

timer
4:00
Bij welk niveau hoort fragment 1 en waarom?

Slide 21 - Woordweb

timer
4:00
Bij welk niveau hoort fragment 2 en waarom?

Slide 22 - Woordweb

timer
4:00
Bij welk niveau hoort fragment 3 en waarom?

Slide 23 - Woordweb

timer
4:00
Bij welk niveau hoort fragment 4 en waarom?

Slide 24 - Woordweb

Boekopdrachten 
1. Boekendebat
2. Wat heb jij gemeen met de hoofdpersonen?
3.  Podcast of vlog maken
4. Vergelijking Rutger Bregman & een roman
5. Schrijf twee muzieknummers 
6. Maak een opdracht van lezenvoordelijst
7. Lees een boek met Henk in de leesclub (onder voorbehoud)

Slide 25 - Tekstslide