4h_Week 46_H2.Voorkennis&H2.1

Welkom, wat wil ik dat je nu doet?
Laptop blijft 
in de tas 
en dicht
Boeken, 
schrift
op tafel
Boeken open en schrift open waar we gebleven waren
Afspraken:
- Stil is ook echt stil
- Stil werken is ook echt stil werken
- Elkaar behandelen met respect
- Schoolafspraken gelden ook hier
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom, wat wil ik dat je nu doet?
Laptop blijft 
in de tas 
en dicht
Boeken, 
schrift
op tafel
Boeken open en schrift open waar we gebleven waren
Afspraken:
- Stil is ook echt stil
- Stil werken is ook echt stil werken
- Elkaar behandelen met respect
- Schoolafspraken gelden ook hier

Slide 1 - Tekstslide

Bespreken voorkennis en start H2.1

Slide 2 - Tekstslide

Programma
  • Controle huiswerk & Bespreken huiswerk
  • Succesfactoren deze week
  • Weektaak
  • Succesfactoren deze les
  • Uitleg belangrijke punten
  • Verwerken uitleg
  • Werken aan weektaak
  • Afsluiting

Slide 3 - Tekstslide

Controle huiswerk & Bespreken huiswerk
- Maken opdrachten 1 t/m 5 van de voorkennis (blz 68 en 69)
- Bestuderen blz 70 t/m 72 van H2.praktijk
- Maken opdracht 1 t/m 4 van H2.praktijk

Slide 4 - Tekstslide

Succesfactoren deze week
1) Ik kan atomen beschrijven met behulp van een atoommodel (het model van Rutherford).
2) Ik kan atomen beschrijven met behulp van een atoommodel (het model van Bohr).
3) Ik beschrijf atomen met behulp van de begrippen proton, elektron, neutron, massagetal,
atoomnummer en relatieve atoommassa.
4) Ik kan de covalentie bepalen van niet-metalen met behulp van het periodieksysteem.
5) Ik kan aangeven wat er wordt bedoeld met moleculaire stoffen.
6) Ik kan uitleggen wat een atoombinding is en deze herkennen in een structuurformule.

Slide 5 - Tekstslide

Weektaak
- Bestuderen blz 14 t/m 17 van H1.1
- Bestuderen blz 74 t/m 76 van H2.1
- Maken opdrachten – keuze uit:
--> Keuze 1: Makkelijke opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 3 en 4 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 1 t/m 4 van H2.1
--> Keuze 2: Gemiddelde opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 4 en 10 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 4 en 6 van H2.1
--> Keuze 3: Moeilijke opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 10 en 11 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 6 en 11 van H2.1

Slide 6 - Tekstslide

Succesfactoren deze les
1) Ik kan atomen beschrijven met behulp van een atoommodel (het model van Rutherford).
2) Ik kan atomen beschrijven met behulp van een atoommodel (het model van Bohr).
3) Ik beschrijf atomen met behulp van de begrippen proton, elektron, neutron, massagetal,
atoomnummer en relatieve atoommassa.
4) Ik kan de covalentie bepalen van niet-metalen met behulp van het periodieksysteem.

Slide 7 - Tekstslide

Atoommodellen

Slide 8 - Tekstslide

Atoommodel van Rutherford
  • Kern met protonen en neutronen
  • Elektronenwolk

Slide 9 - Tekstslide

Atoommodel van Rutherford
Kern bestaat uit protonen en neutronen
  • Protonen zijn positief geladen
  • Neutronen zijn neutraal
Om de kern zweven elektronen
  • Elektronen wegen bijna niks
  • Ze zijn negatief

Slide 10 - Tekstslide

Atoommodel van Rutherford
Atoomnummer = aantal protonen
Identiteit atoom

Voorbeeld:
- Waterstof heeft atoomnummer 1
- Waterstof  heeft dus 1 proton in de kern

Slide 11 - Tekstslide

Atoommodel van Rutherford
Massagetal = protonen + neutronen
  • Telwaarde
Atoommassa = massa protonen + massa neutronen
  • Massa elektronen erg klein
  • Massa proton en massa neutron = 1 g/mol
  • Meetwaarde


Slide 12 - Tekstslide

Atoommodel van Rutherford
Aantal elektronen = Aantal protonen
  • Atoom is neutraal

Aantal neutronen hoeft niet gelijk te zijn aan aantal protonen of elektronen

Slide 13 - Tekstslide

Atoommodel van Rutherford
Voorbeelden
  • Zuurstof heeft atoomnummer 8
  • Dus 8 protonen in de kern en 8 elektronen
  • De atoommassa is 16,01 g/mol
  • Dus massagetal is 16
  • 8 neutronen

Slide 14 - Tekstslide

Isotopen
Zelfde aantal protonen, maar verschillende massagetal, dus verschillend aantal neutronen
  • Tabel 25
  • Chloor in tabel 99 --> Gemiddelde atoommassa gebaseerd op voorkomen in natuur

Slide 15 - Tekstslide

Atoommodel van Bohr
K-schil: 2 elektronen
L-schil: 8 elektronen
M-schil:
  • 8 elektronen als buitenste schil.
  • 18 als niet de buitenste schil.
N-schil:
  • 8 elektronen als buitenste schil.
  • 18 als niet de één-nabuitenste schil.
  • 32 als niet de buitenste of één-nabuitenste schil

Slide 16 - Tekstslide

Atoommodel van Bohr
Periodiek systeem
  • Groepen: Zelfde eigenschappen
  • Periode: Zelfde aantal schillen
Tabel 99
  • Elektronenconfiguratie in linker onderhoek
  • Gemiddelde atoommassa in linker bovenhoek

Slide 17 - Tekstslide

Opdracht
Vul de tabel aan met behulp van tabel 99
K-schil
L-schil
M-schil
N-schil
O-schil
Be
Ti
P
Xe

Slide 18 - Tekstslide

Opdracht
Vul de tabel aan met behulp van tabel 99
K-schil
L-schil
M-schil
N-schil
O-schil
Be
2
2
Ti
2
8
10
2
P
2
8
5
Xe
2
8
18
18
8

Slide 19 - Tekstslide

Zou je het nu zelf kunnen?
1) Ik kan atomen beschrijven met behulp van een atoommodel (het model van Rutherford).
2) Ik kan atomen beschrijven met behulp van een atoommodel (het model van Bohr).
3) Ik beschrijf atomen met behulp van de begrippen proton, elektron, neutron, massagetal,
atoomnummer en relatieve atoommassa.
4) Ik kan de covalentie bepalen van niet-metalen met behulp van het periodieksysteem.
A
B
C

Slide 20 - Quizvraag

Verwerken uitleg - Opdrachten op beheersingsniveau

Maken opdrachten 10 en 11 
van H1.1
Maken opdrachten 4 en 10 
van H1.1
Maken opdrachten 3 en 4 
van H1.1

Slide 21 - Tekstslide

Kan je de succesfactor afvinken?
1) Ik kan atomen beschrijven met behulp van een atoommodel (het model van Rutherford).
2) Ik kan atomen beschrijven met behulp van een atoommodel (het model van Bohr).
3) Ik beschrijf atomen met behulp van de begrippen proton, elektron, neutron, massagetal,
atoomnummer en relatieve atoommassa.
4) Ik kan de covalentie bepalen van niet-metalen met behulp van het periodieksysteem.
A
B
C

Slide 22 - Quizvraag

Wat kan je doen als je de succesfactor nog niet beheerst?
Maken opdracht 10 en 11 van H1.1
Volgende les met docent nakijken.

Slide 23 - Tekstslide

Werken aan weektaak
- Bestuderen blz 14 t/m 17 van H1.1
- Bestuderen blz 74 t/m 76 van H2.1
- Maken opdrachten – keuze uit:
--> Keuze 1: Makkelijke opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 3 en 4 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 1 t/m 4 van H2.1
--> Keuze 2: Gemiddelde opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 4 en 10 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 4 en 6 van H2.1
--> Keuze 3: Moeilijke opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 10 en 11 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 6 en 11 van H2.1

Slide 24 - Tekstslide

Afsluiting - Weektaak
- Bestuderen blz 14 t/m 17 van H1.1
- Bestuderen blz 74 t/m 76 van H2.1
- Maken opdrachten – keuze uit:
--> Keuze 1: Makkelijke opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 3 en 4 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 1 t/m 4 van H2.1
--> Keuze 2: Gemiddelde opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 4 en 10 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 4 en 6 van H2.1
--> Keuze 3: Moeilijke opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 10 en 11 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 6 en 11 van H2.1



Slide 25 - Tekstslide

Welkom, wat wil ik dat je nu doet?
Laptop blijft 
in de tas 
en dicht
Boeken, 
schrift
op tafel
Boeken open en schrift open waar we gebleven waren
Afspraken:
- Stil is ook echt stil
- Stil werken is ook echt stil werken
- Elkaar behandelen met respect
- Schoolafspraken gelden ook hier

Slide 26 - Tekstslide

Programma
  • Succesfactoren deze week
  • Weektaak
  • Succesfactoren deze les
  • Uitleg belangrijke punten
  • Verwerken uitleg
  • Werken aan weektaak
  • Afsluiting

Slide 27 - Tekstslide

Succesfactoren deze week
1) Ik kan atomen beschrijven met behulp van een atoommodel (het model van Rutherford).
2) Ik kan atomen beschrijven met behulp van een atoommodel (het model van Bohr).
3) Ik beschrijf atomen met behulp van de begrippen proton, elektron, neutron, massagetal,
atoomnummer en relatieve atoommassa.
4) Ik kan de covalentie bepalen van niet-metalen met behulp van het periodieksysteem.
5) Ik kan aangeven wat er wordt bedoeld met moleculaire stoffen.
6) Ik kan uitleggen wat een atoombinding is en deze herkennen in een structuurformule.

Slide 28 - Tekstslide

Weektaak
- Bestuderen blz 14 t/m 17 van H1.1
- Bestuderen blz 74 t/m 76 van H2.1
- Maken opdrachten – keuze uit:
--> Keuze 1: Makkelijke opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 3 en 4 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 1 t/m 4 van H2.1
--> Keuze 2: Gemiddelde opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 4 en 10 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 4 en 6 van H2.1
--> Keuze 3: Moeilijke opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 10 en 11 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 6 en 11 van H2.1

Slide 29 - Tekstslide

Succesfactoren deze les
5) Ik kan aangeven wat er wordt bedoeld met moleculaire stoffen.
6) Ik kan uitleggen wat een atoombinding is en deze herkennen in een structuurformule.

Slide 30 - Tekstslide

Uitleg belangrijke punten
Moleculaire stoffen bestaan uit de
rode  elementen uit tabel 99

Slide 31 - Tekstslide

Covalente binding
Elk atoom streeft naar een volle buitenste schil

Dit wordt de octet-regel genoemd.

Niet metalen kunnen dit op twee manieren: Opnemen of delen

Slide 32 - Tekstslide

Covalente binding

Slide 33 - Tekstslide

Covalente binding

Slide 34 - Tekstslide

Structuurformules

Slide 35 - Tekstslide


A
Waterstof
B
Zuurstof
C
Water
D
Mickey Mouse

Slide 36 - Quizvraag

Opdracht
Schat de covalentie en vul deze in, in de tabel (mbv T99):





Denk aan de octet-regel
14
15
16
17
18
1
He = 0
2
C =
N = 
O = 2
F =
Ne =
3
Si =
P =
S = 
Cl =
Ar = 

Slide 37 - Tekstslide

Opdracht
Schat de covalentie en vul deze in, in de tabel (mbv T99):





Denk aan de octet-regel
14
15
16
17
18
1
He = 0
2
C = 4
N = 3
O = 2
F = 1
Ne = 0
3
Si = 4
P = 3
S = 2 
Cl = 1
Ar = 0

Slide 38 - Tekstslide

Zou je het nu zelf kunnen?
5) Ik kan aangeven wat er wordt bedoeld met moleculaire stoffen.
6) Ik kan uitleggen wat een atoombinding is en deze herkennen in een structuurformule.
A
B
C

Slide 39 - Quizvraag

Verwerken uitleg - Opdrachten op beheersingsniveau

Maken opdrachten 6 en 11 
van H2.1
Maken opdrachten 4 en 6
van H2.1
Maken opdrachten 
1 t/m 4 
van H2.1

Slide 40 - Tekstslide

Kan je de succesfactor afvinken?
5) Ik kan aangeven wat er wordt bedoeld met moleculaire stoffen.
6) Ik kan uitleggen wat een atoombinding is en deze herkennen in een structuurformule.
A
B
C

Slide 41 - Quizvraag

Wat kan je doen als je de succesfactor nog niet beheerst?
Maken 6 en 11 van H2.1
Volgende les met docent nakijken.

Slide 42 - Tekstslide

Werken aan weektaak
- Bestuderen blz 14 t/m 17 van H1.1
- Bestuderen blz 74 t/m 76 van H2.1
- Maken opdrachten – keuze uit:
--> Keuze 1: Makkelijke opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 3 en 4 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 1 t/m 4 van H2.1
--> Keuze 2: Gemiddelde opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 4 en 10 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 4 en 6 van H2.1
--> Keuze 3: Moeilijke opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 10 en 11 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 6 en 11 van H2.1

Slide 43 - Tekstslide

Afsluiting - Weektaak
- Bestuderen blz 14 t/m 17 van H1.1
- Bestuderen blz 74 t/m 76 van H2.1
- Maken opdrachten – keuze uit:
--> Keuze 1: Makkelijke opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 3 en 4 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 1 t/m 4 van H2.1
--> Keuze 2: Gemiddelde opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 4 en 10 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 4 en 6 van H2.1
--> Keuze 3: Moeilijke opdrachten - Bij leerdoel 1 t/m 4: 10 en 11 van H1.1 en bij leerdoel 5 en 6: 6 en 11 van H2.1



Slide 44 - Tekstslide