1VH - unit 1.2, 1.4 grammar + listening

Check the video
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Check the video

Slide 1 - Tekstslide

Fill in the blancs
Welke antwoord is juist op de lege plekken in de zin?
Kies tussen A of B.
Good luck!

Slide 2 - Tekstslide

___ lots of friends at school.
A
They've got
B
They are

Slide 3 - Quizvraag

___ a new laptop.
A
She's got
B
She've got

Slide 4 - Quizvraag

___ a minute?
A
Have you got
B
Do you get

Slide 5 - Quizvraag

___ breakfast at 7:30.
A
I have got
B
I have

Slide 6 - Quizvraag

___ a maths class later.
A
We do
B
We've got

Slide 7 - Quizvraag

___ a terrible cold at the moment.
A
He's got
B
He is

Slide 8 - Quizvraag

___ very hot in the summer.
A
Everybody gets
B
Everybody's got

Slide 9 - Quizvraag

___ a great time last night.
A
We had
B
We had got

Slide 10 - Quizvraag

Drag to make sentences
Sleep de woorden naar de juiste plek om er een goede Engelse zin van te maken met 'have got'.
Good luck!

Slide 11 - Tekstslide

Put the words in the correct order to make sentences.
has
hair
she
got
dark

Slide 12 - Sleepvraag

have
?
you
shopping
list
the
got

Slide 13 - Sleepvraag

got
've
I
tennis
practice
7
at

Slide 14 - Sleepvraag

need
got
we
everything
have
we
?

Slide 15 - Sleepvraag

Fill in the blancs
Typ de juiste vorm van 'have got' in de volgende zinnen.
Let op! Gebruik korte vormen ('ve got, 's got als ze het wel hebben of haven't got, hasn't got als ze het niet hebben.)
Let ook op het gebruik van hoofdletters.
Good luck!

Slide 16 - Tekstslide

We _______ (not) two dogs and a cat.

Slide 17 - Open vraag

He ___________ green eyes.

Slide 18 - Open vraag

________ you ___ the time?

Slide 19 - Open vraag

This book _______________ any pictures in it.

Slide 20 - Open vraag

_______ Daisy ___ a boyfriend?

Slide 21 - Open vraag

Can / can't

Slide 22 - Tekstslide

can or can't
Fill in the blancs.
Welk woord staat op de open plek? Vul dit in. Maar let op, gebruik geen hoofdletters en ook geen komma tussen de twee antwoorden (VB: dus wel 'can can't', maar geen 'can, can't).
Good luck!

Slide 23 - Tekstslide

A cat _____ climb a tree, but it _____ fly.

Slide 24 - Open vraag

A fish _____ walk, but it _____ swim.

Slide 25 - Open vraag

You _____ buy shoe at the post office, but you _____ buy stamps.

Slide 26 - Open vraag

Drag to make sentences
Sleep de woorden naar de juiste plek om er een goede Engelse zin van te maken met 'can/can't'.
Good luck!

Slide 27 - Tekstslide

cry
can't
it
but
tiny
can
baby
a
talk

Slide 28 - Sleepvraag

the
see
you
window
mountains
from
my
can

Slide 29 - Sleepvraag

Put the words in the correct order to make sentences.
you
grab
my
?
bag
can

Slide 30 - Sleepvraag

That was it!
Dit is het einde van deze online les.
Blijf oefenen en leren voor unit 1:
- vocabulary unit 1.1, 1.3, 1.5
- grammar theorie unit 1.2, 1.4

Maak elke dag tijd om te lezen in je Engelse leesboek.
Tot vrijdag op school!

Slide 31 - Tekstslide