Voorbeeld opbouw telefoongesprek
(1) Begroeting: Goedemorgen/-middag/-avond, met [naam].
(2) Context: Ik heb een vraag over… / Ik bel naar aanleiding van… etc.
(3) Doorverwijzing: Je kunt direct vragen naar een persoon, of je naar aanleiding van de context laten doorverwijzen naar de juiste persoon.
(4) Gesprek: Voer het gesprek ontspannen, check je lijstje regelmatig en werk het af.
(5) Volgende stappen: Wie gaat wat naar aanleiding van dit gesprek doen? Mailen, bellen etc.
(6) Afsluiten: Samenvatten, bedanken.