7.1 Presenteren als young professional (2F)

Nederlands (2F)
Presenteren als young professional
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Nederlands (2F)
Presenteren als young professional

Slide 1 - Tekstslide

Nederlands les 7.1 (2F)
Presenteren als young professional

Slide 2 - Tekstslide

Inleiding
Middenstuk
Slot
Stel jezelf voor
Geef een korte samenvatting of conclusie
Vertel kort hoe je presentatie is opgebouwd
Vraag of er nog vragen zijn.
Bedank het publiek.
Maak het publiek nieuwsgierig en introduceer het onderwerp.
Bespreek de deelonderwerpen in een logische volgorde

Slide 3 - Sleepvraag

Aantrekkelijk presenteren

  1. Zorg voor goede voorbereiding
  2. Maak contact met je publiek
  3. Ga rechtop staan
  4. Zorg voor een open houding
  5. Spreek rustig en duidelijk

Slide 4 - Tekstslide

Aantrekkelijk online presenteren (1)
1. Ga staan
(zorgt voor meer focus, beter ademhaling en dus vollere stem)
2. Zoek de interactie op
3. Iedereen camera’s aan.
(zorg dat je in een goed verlichte ruimte bent)
4. Zorg voor een rustige, neutrale achtergrond.
(voorkom afleiding van jouw inhoudelijke verhaal)

Slide 5 - Tekstslide

Aantrekkelijk online presenteren (2)
5. Laat je gezicht en bovenlijf zien
(zorg dus dat je netjes en representatief gekleed bent)
6. Wees voorbereid, inhoudelijk en technisch.
7. Vertel een anekdote.
Het is verbindend en fijn om te luisteren naar iemand die ergens enthousiast of gepassioneerd over is. Dat zijn de dingen die mensen onthouden.

Slide 6 - Tekstslide

De opbouw van een presentatie

Slide 7 - Tekstslide

De inleiding

  • Stel jezelf voor.
  • Maak het publiek nieuwsgierig; introduceer het onderwerp.
  • Vertel zo nodig hoe je presentatie is opgebouwd.
  • Maak duidelijk wanneer het publiek vragen kan stellen.

BEGIN NIET MET HET  VOORLEZEN VAN JOUW DIA'S!

Slide 8 - Tekstslide

Het middenstuk
  • Behandel de deelonderwerpen in een logische volgorde.
(gebruik dezelfde volgorde die je hebt benoemd in de inleiding)
  • Leg duidelijk verbanden tussen de deelonderwerpen: gebruik actief signaalwoorden als eerst, daarna en vervolgens.
    Versterk jouw structuur ook via andere signaalwoorden, zoals omdat, daarom, toch, maar, bijvoorbeeld, etc. (blz. 251).

Slide 9 - Tekstslide

Slot
  • Geef een korte samenvatting of conclusie.
  • Sluit je presentatie af met een opvallende uitspraak of bijvoorbeeld een tip.
  • Vraag of er nog vragen zijn.
  • Bedank het publiek voor de aandacht.

Slide 10 - Tekstslide

De presentatie die ik zojuist heb beoordeeld was volgens mij...
A
goed
B
voldoende
C
matig
D
onvoldoende

Slide 11 - Quizvraag

Algemene tips PowerPoint
Een PowerPoint is bedoeld ter ondersteuning van jouw verhaal. Dus:

  • Houd de informatie kort en bondig: gebruik steekwoorden!
  • Zet maximaal vijf à zes regels tekst op één dia
  • Geef elke dia een korte titel die duidelijk maakt wat het deelonderwerp is.
  • Gebruik liever een duidelijke foto dan tekst.
  • Controleer altijd of de tekst voor iedereen goed te lezen is en of er geen taalfouten in staan.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video