Extra les - herhaling leerdoel 8 en 9 + nazi organisaties
1 / 35
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Open vraag
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Wat gebeurde er met de tegenstanders van de Nazi's? Leg uit.
Slide 13 - Open vraag
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Wanneer was de beurskrach
A
1929
B
1925
C
1933
D
1919
Slide 19 - Quizvraag
Wat is een kenmerk van de NSDAP? Maak de zin af:
De NSDAP is een partij …
De NSDAP is een partij …
A
...die voor een dictatuur is
B
...die voor samenwerking met de communisten is
C
...die voor vrijheid van meningsuiting is
D
...die voor vrije verkiezingen is
Slide 20 - Quizvraag
Waarom was de NSDAP zo populair in 1929?
Door:
Door:
A
Werkloosheid crisis
B
Mensen kregen geld als je bij de partij ging
C
Slimme propaganda
D
Militarisme
Slide 21 - Quizvraag
Wat is geen kenmerk van het nationaal-socialisme
A
Rassenleer
B
Nationalisme
C
Eén autoritaire leider
D
Democratie
Slide 22 - Quizvraag
Wat is rassenleer?
A
Verdeling van mensheid in zwakke en sterke rassen
B
Het uitroeien van Joden in Europa
C
De officiële lessen in nazi-scholen
D
streven naar meer land voor het Duitse ras
Slide 23 - Quizvraag
Slide 24 - Tekstslide
Wie kregen de schuld van de Rijksdagbrand?
A
De Joden
B
De democraten
C
De nazi's
D
De communisten
Slide 25 - Quizvraag
Waar was de Rijksdagbrand?
A
Parlementsgebouw in München
B
Haven in Hamburg
C
Parlementsgebouw in Berlijn
D
Haven in Keulen
Slide 26 - Quizvraag
Wat hield de machtigingswet ook al weer in?
A
Uitschakeling van alle fascisten.
B
Een vorm van herstelbetalingen
C
Wet waardoor Hitler dictator kon worden.
D
Uitschakeling van de Duitse parlement en grondwet.
Slide 27 - Quizvraag
Hitler: "De volgende groepen maken het Duitse volk zwak: joden, Jehova's getuigen, homoseksuelen, Sinti en Roma"
Dit past het best bij ...
Dit past het best bij ...
A
Propaganda
B
Volksgemeinschaft
C
Antisemitisme
D
Holocaust
Slide 28 - Quizvraag
Welk doel had de Gestapo in nazi-Duitsland?
A
de bijeenkomsten van de NSDAP met geweld beschermen
B
de concentratiekampen leiden
C
de jeugd tot nationaal-socialisten opvoeden
D
de tegenstanders van Hitler vervolgen
Slide 29 - Quizvraag
Geef een omschrijving van het begrip: NAZIFICERING (NAZIFICATIE).
Slide 30 - Open vraag
Vier omschrijvingen van nazi-organisaties in Duitsland:
Geef per omschrijving aan welke naam daarbij hoort.
Let op! Er blijft één naam over.
Vijf namen van nazi-organisaties in Duitsland:
een jeugdorganisatie om meisjes voor te bereiden op hun taak in de
maatschappij
een organisatie, oorspronkelijk de persoonlijke lijfwacht van Hitler, die onder andere concentratie- en vernietigingskampen bewaakte
een door Hitler opgerichte knokploeg om partijvergaderingen van de
NSDAP te beschermen
een organisatie die bekend staat als de geheime politie in
nazi-Duitsland
SS
Gestapo
Hitlerjugend
SA
Bund Deutscher Mädel
Slide 31 - Sleepvraag
Slide 32 - Tekstslide
tevreden over wat je nu weet
A
ja, ik snap alles wel eigenlijk
B
ja, best wel, ik weet nog niet alles, maar best veel
C
niet echt, ik weet het een beetje
D
absoluut niet, ik snap nog niks.
Slide 33 - Quizvraag
Ik wil en kan nu :
zelf aan de slag met geschiedenis dmv LessonUp
Werken aan mijn weektaak
Zelf aan de slag dmv het maken van een samenvatting
examenvragen oefenen
vragen stellen over de stof
werken aan de spotprenten opdracht
