Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Olympos les 5 nom en acc leren
Grieks
naamvallen mannelijk en onzijdig leren
1 / 35
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
In deze les zitten
35 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Grieks
naamvallen mannelijk en onzijdig leren
Slide 1 - Tekstslide
Welke naamval is voor het LV?
A
acc.
B
nom.
Slide 2 - Quizvraag
Herhaling vrouwelijk
Slide 3 - Tekstslide
Wat betekent de zin: βασιλειαν θεα βλεπει?
A
De koningin ziet de godin.
B
De koninginnen zien de godinnen.
C
De godin ziet de koningin.
D
De godinnen zien de koninginnen.
Slide 4 - Quizvraag
Waarom?
βασιλει
αν
θε
α
βλεπει.
O ziet LV.
De godin ziet de vriendin.
Slide 5 - Tekstslide
Groep 1: ἡ μαχη
- vrouwelijke lidwoord (ἡ)
- woorden op -η in de woordenlijst
- vier mogelijkheden; O ev, LV ev, O mv, LV mv
Slide 6 - Tekstslide
Welk lidwoord hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
αἱ
την
ἡ
τας
Slide 7 - Sleepvraag
Welke uitgang hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
-αι
-ην
-η
-ας
Slide 8 - Sleepvraag
Groep 1: ἡ χωρα
- vrouwelijke lidwoord (ἡ)
- woorden op -α in de woordenlijst
- vier mogelijkheden; O ev, LV ev, O mv, LV mv
Slide 9 - Tekstslide
Welk lidwoord hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
αἱ
την
ἡ
τας
Slide 10 - Sleepvraag
Welke uitgang hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
-αι
-αν
-α
-ας
Slide 11 - Sleepvraag
rijtje van ἡ χωρα
nom. ev.
ἡ
χωρ
α
acc. ev.
την
χωρ
αν
nom. mv.
αἱ
χωρ
αι
acc. mv.
τας
χωρ
ας
bij de χωρα groep horen woorden met een stam op ρ ε ι
Slide 12 - Tekstslide
Mannelijk en onzijdig
Slide 13 - Tekstslide
Groep 2: ὁ θεος
- mannelijke lidwoord (ὁ)
- woorden op -ος in de woordenlijst
- vier mogelijkheden; O ev, LV ev, O mv, LV mv
Slide 14 - Tekstslide
Welk lidwoord hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
οἱ
τον
ὁ
τους
Slide 15 - Sleepvraag
Welke uitgang hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
-οι
-ον
-ος
-ους
Slide 16 - Sleepvraag
rijtje van ὁ θεος
nom. ev.
ὁ
θε
ος
acc. ev.
τον
θε
ον
nom. mv.
οἱ
θε
οι
acc. mv.
τους
θε
ους
Slide 17 - Tekstslide
Welke vorm is οἱ φοβοι?
A
nom. ev.
B
acc. ev.
C
nom. mv.
D
acc. mv.
Slide 18 - Quizvraag
Welke vorm is τους ἀνθρωπους?
A
nom. ev.
B
acc. ev.
C
nom. mv.
D
acc. mv.
Slide 19 - Quizvraag
Welke vorm is ἱππον?
A
nom. ev.
B
acc. ev.
C
nom. mv.
D
acc. mv.
Slide 20 - Quizvraag
Groep 2: το ἐργον
- onzijdige lidwoord (το)
- woorden op -ον in de woordenlijst
- vier mogelijkheden; O ev, LV ev, O mv, LV mv
Slide 21 - Tekstslide
Welk lidwoord hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
τα
το
το
τα
Slide 22 - Sleepvraag
Welke uitgang hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
-α
-ον
-ον
-α
Slide 23 - Sleepvraag
rijtje van το ἐργον
nom. ev.
το
ἐργ
ον
acc. ev.
το
ἐργ
ον
nom. mv.
τα
ἐργ
α
acc. mv.
τα
ἐργ
α
Slide 24 - Tekstslide
Welke vorm is τα τεκνα?
A
nom. ev.
B
acc. ev.
C
nom. mv.
D
acc. mv.
Slide 25 - Quizvraag
Welke vorm is ἐργα?
A
nom. ev.
B
acc. ev.
C
nom. mv.
D
acc. mv.
Slide 26 - Quizvraag
Welke vorm is τεκνον?
A
nom. ev.
B
acc. ev.
C
nom. mv.
D
acc. mv.
Slide 27 - Quizvraag
Herhalen rijtjes lidwoord
Slide 28 - Tekstslide
Welk lidwoord hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
αἱ
την
ἡ
τας
Slide 29 - Sleepvraag
Welk lidwoord hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
οἱ
τον
ὁ
τους
Slide 30 - Sleepvraag
Welk lidwoord hoort bij welke naamval?
nom. ev.
acc. ev.
nom. mv.
acc. mv.
τα
το
το
τα
Slide 31 - Sleepvraag
En nog wat zinnen
Slide 32 - Tekstslide
Wat betekent de zin: το τεκνον τον ἱππον ἁρπαζει?
A
Het kind grijpt het paard.
B
Het paard grijpt het kind.
Slide 33 - Quizvraag
Wat betekent de zin: κορας θεοι θεραπευουσιν?
A
Het meisje vereert de god.
B
De god vereert het meisje.
C
Meisjes vereren goden.
D
Goden vereren meisjes.
Slide 34 - Quizvraag
Wat betekent de zin: Ταρταρον θεραπευετε?
A
Wij vereren de Tartaros.
B
Jullie vereren de Tartaros.
C
Zij vereren de Tartaros.
D
Vereer de Tartaros.
Slide 35 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
ARGO les 2 (grammatica + woorden)
November 2022
- Les met
16 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
ARGO 2 grammatica 2.9 en 2.10 zelfstandige naamwoorden en functies naamvallen
Mei 2024
- Les met
29 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
herhaling grammatica
September 2023
- Les met
12 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
2023-09-29 Grieks G2
September 2023
- Les met
10 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
1. Grieks: zelfstandig naamwoord en gebruik rijtjes
Maart 2022
- Les met
17 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1-3
2023-10-03 Grieks G2
September 2023
- Les met
10 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Grieks oefenen verbuigingsgroepen
April 2024
- Les met
35 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Argo 6 gebruik genitivus
December 2021
- Les met
30 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2